Verziekte sfeer op walvisvaarttop
Voor het eerst heeft de Internationale Walvisvaartcommissie (IWC) woensdag op de jaarvergadering de voortzetting van de vangstquota’s voor inheemse bevolkingsgroepen in Rusland en de VS afgewezen.
Het met dertig tegen veertien wegstemmen van het verzoek kwam niet als een verrassing, omdat de sfeer op de conferentie van de 48 commissielanden al vanaf de eerste dag zeer slecht was.
De VS willen dat eskimo’s en de makah-indianen toestemming krijgen om per jaar 56 respectievelijk vier walvissen te vangen. Rusland vroeg voor de Tsjoekotka en andere volkeren in het hoge noorden het recht om 120 walvissen te vangen.
Diplomaat Michael Tillman van de Amerikaanse missie verklaarde dat het werk van de commissie onmogelijk wordt gemaakt door politieke spelletjes. „Wij zijn extreem teleurgesteld”’, aldus Tillman, die zei dat op manieren gestudeerd wordt om het verzoek toch uit te kunnen voeren.
Japan wilde niet instemmen met het Amerikaanse en Russische verzoek, omdat het land geen toestemming krijgt van de IWC om de walvisvangst voor de kust uit te breiden. Volgens de VS is de visvangst door inheemse stammen van een ander karakter, omdat de stammen hiermee in hun levensonderhoud voorzien, terwijl Japan commerciële bedoelingen heeft. Andere landen hebben wensen die vergelijkbaar zijn met die van de VS.
De bijeenkomst, die morgen wordt afgesloten, zal waarschijnlijk ook niet instemmen met het voorstel om het verbod op commerciële walvisjacht op te heffen. Dat in 1986 ingestelde verbod kan alleen met driekwart van de stemmen worden ingetrokken.
Maandag liep IJsland woedend weg omdat de conferentie het land niet wilde herstellen in zijn positie van volledig lid. IJsland dreigde de walvisvangst te hervatten zonder toestemming van de IWC. Dinsdag maakten de partijen hevig ruzie over procedurele kwesties. Het is twijfelachtig of de commissie in de toekomst nog effectief kan functioneren.