Uitleg van de christelijke leer
Titel:
”Kijk op geloof. Christelijk geloof uitgelegd”
Auteur: Henri Veldhuis
Uitgeverij: Boekencentrum, Zoetermeer, 2005
ISBN 90 239 18134
Pagina’s: 287
Prijs: € 16,50. In de populaire dogmatiek ”Kijk op geloof” doet ds. Henri Veldhuis verslag van zijn onderzoek naar de christelijke leer zoals deze in de christelijke gemeente zou kunnen worden gepresenteerd.
De auteur van ”Kijk op geloof” is predikant van de hervormde gemeente in Culemborg. Twaalfenhalf jaar predikantschap inspireerden hem tot dit boek, waarin hij laat zien hoe men het geloof helder aan anderen kan uitleggen. Er zijn heel wat mensen die meer over het geloof, over de Bijbel en de traditie willen weten. Daarbij willen ze niet alleen op hun gevoel afgaan, ze willen ook kennis verwerven en verdiepen.
”Kijk op geloof” is bijzonder helder geschreven. Het is overzichtelijk ingedeeld en in zekere zin logisch opgebouwd. De 52 hoofdstukken doen onwillekeurig denken aan de Heidelbergse Catechismus. Wil ds. Veldhuis misschien dat zijn boek een jaar lang op studiekringen wordt besproken? Ik denk het niet. Het aantal hoofdstukken zal wel zo uitgekomen zijn.
Uitgeverij Boekencentrum heeft er een goed boek van gemaakt, met een kort register dat het zoeken naar onderwerpen vergemakkelijkt. De toon van het boek is fris: een gemiddelde leek kan de schrijver op zijn ’zoektocht’ bijhouden.
Van kaft tot kaft
Wat is het kompas van de auteur? De Bijbel natuurlijk. Maar dan niet meer de Bijbel van kaft tot kaft, waarmee de auteur naar eigen zeggen is opgevoed. Maar de Bijbel met Jezus Christus als het enige criterium voor onze uitleg.
Dat klinkt goed, omdat Christus het middelpunt is van de Schrift. Het gaat echter wel te ver als de auteur stelt dat we vanuit dat middelpunt de geestelijke vrijheid ontvangen om op bepaalde punten afstand te nemen van de Bijbel. Kan men zich met de Christus der Schriften tegen de Schriften zelf keren? Hier wringt iets. Zo krijgen we verlof om onze eigen invulling aan het schriftgetuigenis te geven.
Dat gebeurt ook in ”Kijk op geloof”. De betekenis van de zonde, met name de erfzonde, wordt met kritiek op Augustinus geminimaliseerd. Elk kind, stelt ds. Veldhuis, krijgt wat mee van zijn ouders, maar hoe negatief dit ook mag zijn, het mag niet worden aangerekend. Sociologisch of psychologisch kan men dat verdedigen. De leer van de erfzonde is echter van andere inhoud, als we Romeinen 5 in rekening willen brengen. Want op het punt van de genade moet deze leer ook doorwerken.
Dat blijkt bij de verkiezing der genade: God blijft altijd hopen dat neezeggers nog eens veranderen. Maar wat Paulus op dit punt zegt, is voor ds. Veldhuis te riskant om over te nemen.
Bekering
Ook wat de auteur over de verzoening en de betekenis van het offer schrijft, doet aan het bijbels getuigenis tekort. Volgens ds. Veldhuis kan de offergedachte in verband gebracht worden met een residu van het heidendom, dat in het christelijke denken niet helemaal is uitgebannen.
In het hoofdstuk over de bekering vallen veel goede dingen te lezen: Bekering tot God kan niet zonder dat de naaste in het vizier komt. Bekeerde mensen zijn authentiek. Bekering kan heel ingrijpend zijn, maar je wordt er méér jezelf door, ook omdat je weet aanvaard te zijn door God. En mensen die wachten op bekering als een groot gevoel, zullen onbekeerd blijven.
Wat ds. Veldhuis zegt over het krijgen van vergeving is leerzaam. Hij plaatst het tegen de achtergrond van een schuldgevoel dat niet voortkomt uit echte schuld, maar bijvoorbeeld uit een moeilijke jeugd, seksueel misbruik, een verdrongen minderwaardigheidscomplex enzovoort, waarbij meer behoefte is aan echt pastoraat of therapie. Zulke opmerkingen, die getuigen van nuchtere zin, zijn in ”Kijk op geloof” veel te lezen.
Meer stevigheid
Intussen zou wat meer gereformeerd-confessionele substantie het geheel aanzienlijk meer stevigheid hebben kunnen verlenen. Op een niet gering aantal punten is dit belijden niet gezien, of ingeruild voor een milde, begrijpende, pastorale toon, die aan belangrijke gegevens van de gereformeerde traditie voorbijgaat.
”Kijk op geloof” spreekt inderdaad aan. Het beweegt zich op het vlak waar in de gemeente de vragen leven, ook al worden die niet altijd uitgesproken. De auteur is een pastoraal predikant, wiens twaalfenhalfjarige ervaring in de gemeente hem naar de pen deed grijpen. Een vaardige pen, het moet worden gezegd. En ds. Veldhuis schrijft met een intuïtief gevoel voor de wringende punten in traditie en geloof.
Maar die laatste verdienen echter een grondiger aanpak, een zaak waartoe de schrijver in staat zal zijn. In 52 hoofdstukken de christelijke leer uitgelegd: het is nog al wat. Misschien is het in dit boek wel wat al te vlot gegaan.