Die toezegging deed de woordvoerster van de provincie Gelderland na een rechtszitting over de nieuwe milieuvergunning voor het bedrijf aan de Nijverheidsweg. M. Schuit en H. de Jager, woordvoerders van het actiecomité Stank Nee uit Voorthuizen, zetten grote vraagtekens bij de toezegging.

„Gelderland zegt al twaalf jaar dat het iets aan de stank van Givaudan gaat doen. Maar het stinkt nog steeds. Als we de milieudienst bellen, zegt de dienstdoende handhaver dat hij geen tijd heeft om in de auto te stappen en van Arnhem naar Barneveld te rijden om het bedrijf te controleren”, aldus woordvoerder Schuit.

Ook de staatsraden plaatsten tijdens de rechtszitting een aantal kritische kanttekeningen bij de nieuwe vergunning. De provincie heeft de vergunning verleend nadat de Raad van State de vorige had neergesabeld. De leden van Stank Nee zijn echter niet tevreden met de gerepareerde vergunning en eisen een verdere aanscherping van de milieueisen.

Staatsraad M. Oosting stelde vast dat de provincie nogal „onorthodox” te werk gaat bij de aanpak van het stankprobleem. „Dus de provincie gaat ervan uit dat Givaudan uit eigener beweging de productie stillegt als het te veel stank de produceert. Vertrouwt u het bedrijf volledig?” vroeg de staatsraad. „Ja”, zo zei de provinciewoordvoerster zonder verdere toelichting.

Overigens is het bedrijf bezig met de verplaatsing van een groot deel van de productie naar Duitsland en België. Als de verhuizing een feit is, zal de stankoverlast mogelijk beter kunnen worden aangepakt.

De uitspraak volgt over enkele weken.