Opinie

Het respect is failliet gegaan

Woorden en moorden liggen dicht bij elkaar. Ds. L. W. van der Meij roept de media ertoe op meer op hun woorden te passen. Gebruik van harde taal maakt wel degelijk dingen los bij mensen.

21 May 2002 08:21Gewijzigd op 13 November 2020 23:34
„Verbale openheid in journalistiek en politiek heeft iets moois. Maar als die, vaak heel speels, tegelijkertijd het cynisme en de minachting voor medemensen moet legaliseren, dan is die openheid het begin van het einde.” - Foto ANP
„Verbale openheid in journalistiek en politiek heeft iets moois. Maar als die, vaak heel speels, tegelijkertijd het cynisme en de minachting voor medemensen moet legaliseren, dan is die openheid het begin van het einde.” - Foto ANP

Een zacht antwoord keert de grimmigheid af, maar een smartend woord doet de toorn oprijzen (Spreuken 15:1), zo luidt het motto van dit artikel.

Woorden zijn minder onschuldig dan wij in Nederland willen toegeven. Youp van ’t Hek verdedigde onlangs in NRC Handelsblad, na de moord op Fortuyn, nogal zenuwachtig het recht van vrije meningsuiting. Het moet allemaal kunnen.

Maar columnisten, journalisten en politici zouden eens serieus moeten nagaan wat het effect is van hun woorden op de slachtoffers en, niet te vergeten, hun medestanders, die nu hun woede uitschreeuwen.

Ik wil niet dramatisch doen, maar stierenvechters in de arena van het Mediapark liggen te weinig wakker van de stuiptrekkingen van hun slachtoffers. Daar zit het probleem. Als het publiek maar kan smullen. Intussen worden links en rechts mensen door de media beschadigd. En dat moet allemaal kunnen.

Op een vrolijk-venijnige manier heeft Fortuyn daaraan meegedaan. En paars net zo goed. Ik kan me voorstellen dat het voor de Nederlandse polder een verademing was dat eindelijk iemand een bres had geslagen in de saaiheid van het politieke bedrijf door te zeggen wat hij dacht en ”wat iedereen denkt”. Ik word van politici meestal ook niet vrolijk, om de simpele reden dat ze niet zeggen wat ik denk en in de regel ook niet zeggen wat ze zelf denken.

Maar nu beeft de polder. De dijken van het respect zijn bezweken. En met een ”keep cool” zijn wij er niet.

Luther
Het is van Luther bekend dat hij behoorlijk tekeer kon gaan tegen zijn opponenten. Luther zei hardop wat velen dachten. Zijn tirades tegen de paus, de Joden, de geestdrijvers en de adel die de arme boeren verdrukte zijn genoegzaam bekend. Luthers optreden was soms heel verfrissend. Maar soms ook erg dreigend. Luthers boek over de Joden en hun leugens bijvoorbeeld is het dan ook echt niet waard om herdrukt te worden. Duitse nationaal-socialisten hebben zijn woorden als brandstof gebruikt voor de hetze tegen de Joden, die ook met woorden begon en in de gaskamers haar ’bekroning’ vond. Een mens moet zijn verbale grenzen kennen.

Calvijn had meer beheersing dan Luther. Misschien dat we daarom in Nederland liever calvinistisch dan luthers wilden zijn.

Ik geloof nog steeds niet dat Luther uit was op een holocaust. Ik geloof ook niet dat Fortuyn, al was hij de morele tegenpool van Luther, eropuit was zijn aanhang aan te sporen tot moord op paars. Fortuyn is slachtoffer geworden van zijn eigen moderne naïviteit en speelsheid die mensen laten geloven dat woorden maar woorden zijn. Dat het best leuk is om mensen in hun hemd te zetten. Dat moet toch kunnen? Nee dus.

Woorden maken krachten los. En niet alleen bij overspannen milieuactivisten. Het wordt tijd dat vooral de mediamannetjes eens tot bedaren komen. Als ik van tijd tot tijd naar de heetgebakerde discussies luister, dan denk ik echt: Lieve jongens, waar zijn jullie mee bezig? Waar is jullie antenne voor de schade die woorden aanrichten? Wie gaat dat betalen?

Woord en moord liggen niet zover uit elkaar als we willen toegeven. Voor woorden naar moorden hoef ik maar één letter om te draaien. Woorden kunnen mensen waanzinnig en bloeddorstig maken. Ga eens in de leer bij Ursinus. In zijn verklaring van het zesde gebod, ”gij zult niet doodslaan”, tekent hij het volgende aan: „God, verbiedende de doodslag, leert ons dat Hij de wortel van de doodslag als nijd, haat, toorn en wraakgierigheid haat en dat alles voor doodslag houdt.” Heidelberger Catechismus, antwoord 106.

Discipline
Een beroep op de vrije meningsuiting komt daarom op mij bijzonder ongeloofwaardig over. De vrije meningsuiting is toch niet bedoeld om mensen, links of rechts, uit te kleden of zelfs te vernietigen? Meer discipline in woorden graag. Meer respect voor je tegenstander kan voorkomen dat Nederland een bananenrepubliek gaat worden. Daaraan kunnen Melkert en Langendam, en hoe ze ook allemaal heten, aan meewerken.

Verbale openheid in journalistiek en politiek heeft iets moois. Maar als die, vaak heel speels, tegelijkertijd het cynisme en de minachting voor medemensen moet legaliseren, dan is die openheid het begin van het einde.

We hebben Pinksteren gevierd. Vijanden werden vrienden. En niet door eindeloze vrolijk-venijnige discussies, maar door de kracht van het Evangelie en de Geest van Christus. Laat de Kerk om die Geest, die de wereld niet kent, bidden. Dan zou het ons rusteloze land voor de wind kunnen gaan. Dan zou Hol-land in de beste zin van het woord nog eens een vol land kunnen worden.

De auteur is christelijk gereformeerd predikant in Driebergen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer