Iers ”ja” tegen ‘Nice’ nog lang niet zeker
Het is nog lang geen uitgemaakte zaak dat de Ieren bij een nieuw referendum steun zullen betuigen aan het Verdrag van Nice. Die conclusie dient zich aan uit de donderdag gepubliceerde resultaten van een opiniepeiling.
Vrijdag worden in Ierland parlementsverkiezingen gehouden. Het ziet ernaar uit dat de zittende premier, Bertie Ahern, als winnaar uit de bus komt. Als aanvoerder van de volgende regering wacht hem de uitdaging een meerderheid onder de bevolking te mobiliseren die alsnog goedkeuring hecht aan de eind 2000 door de EU-leiders bereikte overeenkomst. Die voorziet in aanpassingen van de interne spelregels van de Unie met het oog op de uitbreiding, die volgens de plannen plaatsvindt in 2004.
Vorig jaar juni werd bij een volksraadpleging het verdrag met 54 tegen 46 procent afgewezen. Thans geeft 32 procent van de ondervraagden aan dat zij een positief oordeel zal vellen. Dat is 8 procent minder dan bij een zelfde enquête in januari. Het aantal tegenstanders bedraagt eveneens 32 procent, wat een stijging betekent van 3 procent. Nog eens 32 procent van de burgers schaart zich onder degenen die het tot dusver niet weten. De resterende 4 procent zegt niet te zullen gaan stemmen.
Een belangrijke reden voor het verwerpen van ’Nice’ was de vrees voor verlies van soevereiniteit en van de traditionele militaire neutraliteit. Waarschijnlijk zal de aantredende minister-president volgende maand tijdens de top met zijn collega’s van de andere lidstaten in het Spaanse Sevilla, aansturen op afspraken die garanties bieden op genoemde punten.
Daarna schrijft hij naar verwachting een nieuw referendum uit. Het is de bedoeling dat alle EU-landen uiterlijk eind 2002 de ratificatieprocedure hebben voltooid, zodat het verdrag daarna in werking kan treden.
Europa heeft in de verkiezingscampagne van de afgelopen weken in Ierland nauwelijks een rol gespeeld. Alle grote partijen pleiten voor een ”ja” tegen het Verdrag van Nice.