Stagnatie en verwarring
Twee belangrijke zaken houden de Europese Unie op dit moment koortsachtig bezig: de grondwet en de begroting. De strijd om de Europese grondwet is na de vernietigende uitslagen van de referenda in Frankrijk en Nederland in feite verloren. Wanneer men het deze week tijdens het topoverleg ook niet eens kan worden over de Europese meerjarenbegroting, is de impasse compleet. De EU lijdt dan een dubbel gezichtsverlies.Ten aanzien van de grondwet besloten de regeringsleiders donderdag dat er een denkpauze ingelast moet worden. Dat is wel het minste waartoe men kon concluderen. In ieder geval heeft het geen zin om de geplande referenda in Denemarken, Portugal en Groot-Brittannië door te laten gaan. De kans is groot dat ook daar de kiezers het grondwetsproject afstemmen.
Denemarken en Groot-Brittannië zijn in ieder geval landen met een eurokritische bevolking. Bovendien hebben de kiezers daar de uitslag in Frankrijk en Nederland voor ogen. Wie gaat zich dan nog sterk maken voor een project dat toch verloren is? Dat is trekken aan een dood paard.
Weliswaar wordt hier en daar in de Europese gelederen betoogd dat de betekenis van de Europese grondwet nog eens beter aan de kiezers moet worden uitgelegd. Volgens de Belgische premier dient het ratificatieproces gewoon door te gaan.
Maar je kunt de kiezers in Frankrijk en Nederland toch moeilijk gaan voorhouden dat ze het niet goed begrepen hebben en dat ze daarom herexamen moeten doen? Op die manier wordt zo’n referendum helemaal een aanfluiting voor de democratie.
Door het plan voor een Europese grondwet kan een dikke streep worden gezet. Alleen al de naam riep veel te veel associaties op met een Europese superstaat. Het woord grondwet moet helemaal niet meer gebruikt worden.
En in plaats dat het nieuw op te stellen verdrag gericht is op een verder optuigen van de Europese Unie, moet het gaan om een drastische afslanking. Men moet zich bij de Europese instellingen nu eindelijk eens gaan realiseren dat de primaire loyaliteit van de burgers niet bij Europa ligt maar, ondanks alle economische verwevenheid, bij hun eigen land.
Dat betekent ook dat er een zeker evenwicht moet zijn als het gaat om de financiële lasten en lusten in Europa. Terecht ligt Nederland dwars bij het opstellen van de nieuwe meerjarenbegroting. Dat ons land, als behorend tot het rijkere deel van Europa, een nettobetaler is, is te begrijpen. Maar daarbij zijn er grenzen.
Overigens lijkt het er wel op dat het kabinet, door dwars te liggen bij de Europese begrotingsbehandeling, vooral ook aan de kiezers duidelijk wil maken dat het in Brussel heus wel opkomt voor de nationale belangen. Evenzo was het opvallend dat premier Balkenende twee weken geleden uiterst fel reageerde op het standpunt van de Europese Commissie dat Nederland een eind moest maken aan de aftrekbaarheid van de hypotheekrente.
Nu is het zeker in Europees verband zo dat je nooit helemaal je zin krijgt. Er zal wel een of ander compromis uit de bus komen. Daarbij is het mooi meegenomen dat er ook in financieel opzicht een rem gezet wordt op de Brusselse expansiezucht.