Dat blijkt uit een donderdagmiddag gepresenteerd onderzoek onder Nederlandse productiebedrijven, uitgevoerd door adviesbureau Deloitte.

De industriële sector verwacht hoge groeicijfers vooral buiten Nederland te realiseren. Hoewel de Nederlandse productiecapaciteit waarschijnlijk met 2 procent toeneemt, verwachten ondernemers een groei van 37 procent voor in het buitenland ondergebrachte productieactiviteiten. Het aandeel van Nederland in de industriële wereldmarkt zal hierdoor sterk dalen.

Niet alleen worden laagwaardige productietaken vaker naar lagelonenlanden verplaatst, volgens 70 procent van de productieondernemingen worden in toenemende mate ook onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten uitbesteed. Ook hier verwachten ondernemers een snellere groei in het buitenland; een stijging van 8 procent in Nederland tegenover een groei van 25 daarbuiten.

Producenten blijken daarnaast zeer negatief over de verwachte concurrentiepositie van de Nederlandse maakindustrie over vijf jaar. Een overgrote meerderheid is van mening dat Nederland dan in of onder de middenmoot zal presteren.

Stimulering van industriële productie -door bijvoorbeeld loonkostenbeheersing en fiscale ondersteuning- moet volgens Deloitte bijdragen aan een verbetering van het economisch klimaat. Verder moet de Nederlandse overheid onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten stimuleren. Ondernemers waarderen de regering op dit punt met een onvoldoende.