ECB verwacht nog lagere groei
De rente in de twaalf landen van de eurozone verandert voorlopig niet, ondanks somberder vooruitzichten. De Europese Centrale Bank (ECB) besloot donderdag zijn belangrijkste tarief, de herfinancieringsrente, op 2 procent te handhaven. Dat niveau hanteert de ECB nu al bijna twee jaar lang.
Met het jongste rentebesluit, dat de meeste analisten al hadden verwacht, weerstond de ECB de druk om de rente te verlagen. Duitsland en Italië hadden de ECB opgeroepen op die manier ruimte te scheppen voor burgers en bedrijven. Die zouden dan met hun bestedingen en hun investeringen de economie nieuw leven in kunnen blazen.
Overigens had ook de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), een denktank van dertig grote industrielanden, de bank opgeroepen de rente omlaag te schroeven. De ECB wilde niet toegeven aan die druk omdat anders de inflatie een kans zou krijgen. Als de bank nu de rente had verlaagd, hadden de markten hun vertrouwen in de ECB als hoeder van stabiele prijzen verloren, verklaarde ECB-president Jean-Claude Trichet.
Een renteverlaging om de economie in de eurozone nieuw leven in te blazen wees de Fransman rigoureus van de hand. „Het huidige rentepeil bezorgt investeerders buitengewoon voordelige voorwaarden.” Ook diende de topbankier politici van repliek. Zij moeten hun huiswerk beter doen. „Zonder hervormingen wordt het niet beter.”
Het rentebesluit komt in een periode waarin de vooruitzichten voor Europa op economisch en politiek terrein somberder worden. In het eerste kwartaal nam de economie van de eurozone met niet meer dan 0,5 procent toe. Dat tempo ligt in het tweede kwartaal nog lager, omdat het bedrijfsleven en de consument de hand op de knip blijven houden. Bovendien kampen Duitsland en Frankrijk, de twee economische grootmachten van de eurozone, met een hardnekkige werkloosheid van respectievelijk 11,6 procent en 10,2 procent van de beroepsbevolking.
De Franse en de Nederlandse bevolking hebben ondubbelzinnig tegen de grondwet van de Europese Unie gestemd. Dat zou het economische sentiment verder kunnen temperen in een periode waarin de economische groei toch al vertraagt.
Dat laatste blijkt ook uit de jongste groeiramingen van de ECB. Dit jaar zal de groei van het bruto binnenlands product (bbp), de totale waarde van alle in de eurozone geproduceerde goederen en diensten, niet hoger dan 1,4 procent uitkomen. Tot voor kort ging de ECB nog uit van een economische expansie van 1,6 procent. Voor komend jaar heeft de bank zijn prognose van aanvankelijk 2,1 procent verlaagd tot 2,0 procent.
Voor 2007 gaf Trichet geen concrete groeiramingen af. Bronnen binnen de bank stellen evenwel dat de ECB de eerder voorziene groei van 2,2 procent heeft vervangen door 2,1 procent.
Speculaties dat de gezamenlijke munteenheid, de euro, zou moeten worden afgeschaft nu zowel de Fransen als de Nederlanders zo duidelijk tegen de Europese grondwet hebben gestemd, bestempelde Trichet als „absolute onzin.” Dergelijke overwegingen veegde hij als „volslagen dwaas” van tafel.
Wel erkende Trichet dat nationale regeringen en de Europese instituten meer moeten doen om de burgers warm te maken voor Europa. Daarmee reageerde hij rechtstreeks op de uitslag van het referendum in Frankrijk en in Nederland. „Het is van wezenlijk belang het vertrouwen van de burgers te versterken.”