De bewindsman wil „geen enkel risico nemen” met het oog op de derogatie, zei hij dinsdag bij de presentatie van het rapport van de commissie-Welschen over alternatieve mestregels. „We moeten aan Brussel en aan de andere lidstaten laten zien dat we de mestregels streng gaan handhaven.”

Het Europese nitraatcomité vergaderde op 12 april over het Nederlandse derogatieverzoek. Op basis van de laatste informatie daarover stelt Veerman dat de derogatie „nog geen gelopen race is.”

De bewindsman wilde er dinsdag niet meer over zeggen dan dat hij bezorgd is over de situatie. Desondanks is hij niet somber. Dat betekent dat er nog een kans is op ontheffing van de Europese mestregels voor Nederlandse boeren.

Tegen de commissie-Welschen zei Veerman dat hij niets voelt voor het uitstellen van GPS. Dat systeem maakt het mogelijk om mesttransporten precies te volgen. GPS moet uiterlijk per 1 juli 2006 zijn ingevoerd. Bedrijven die per 1 januari volgend jaar nog geen GPS-systeem hebben geïnstalleerd, zijn verplicht een melding te geven voordat ze mest gaan vervoeren. „Daarmee geven we een goed signaal aan Brussel”, aldus de minister, „omdat juist mestdistributie een kwetsbaar onderdeel is, waar uitstel niet op zijn plaats is.”

Commissievoorzitter Welschen riep Veerman op „de bijl nu niet te laten vallen”, maar ruimte te scheppen om te komen tot een systeem dat door de sector wordt gedragen.

Vanaf volgend jaar moet mest worden bemonsterd en geanalyseerd. „De vraag is of we op termijn iedere vracht moeten bemonsteren”, zei Veerman. Op advies van de commissie kiest hij voor een proefproject in 2006 waarbij wordt gekeken naar mogelijkheden om minder vaak mest te bemonsteren.