Binnenland

Vlag naaien op zondag

Op zondag 6 mei 1945 wapperde de vlag vanaf huize Terreehorst in Rotterdam, nadat het dundoek eerder die dag snel achter de naaimachine was vervaardigd. Tegen het vierde gebod? „Mijn moeder vond dat de eer van God ermee was gemoeid.”

Jacob Hoekman
3 May 2005 11:44Gewijzigd op 14 November 2020 02:30
TERREEHORST …uit zes stukken…
TERREEHORST …uit zes stukken…

Zestig jaar later staat het voorval nog steeds in het geheugen gegrift van de 71-jarige Arie Terreehorst uit Rotterdam. Hij kan zich nog levendig de verwarring voor de geest halen die zich in de eerste meidagen van 1945 van de stad meester maakte. „Op zaterdag 5 mei hoorden we overal geruchten. Maar je wist niet goed wat er waar was en wat niet.”

Daarbij kwam dat het niet de eerste keer was dat geruchten over de bevrijding de ronde deden: „De landing in Normandië was geweest, Dolle Dinsdag was achter de rug, maar we waren nog niet bevrijd.” Voor de bevolking van Rotterdam moest toen het ergste nog komen: de hongerwinter. Terreehorst: „Ik weet wat het is om suikerbieten en bloembollen te eten. „Daar menigeen eet brood der smarten”, bad mijn vader dan. De tranen biggelden over zijn gezicht als hij dat gebed uitsprak.”

Het gezin leed honger in de winter van ’44/’45. „We konden onze ribben tellen. Mijn moeder had dikke benen vanwege hongeroedeem. Mijn broertje vroeg aan mijn moeder om een boterham, die hij niet kreeg. En ook geen halve. Een kwarthalve dan? vroeg hij. Ik hoor het hem nog zeggen. En toch was er elke dag wel wat.” De jonge Arie at ook aardappelschillen. „Die moesten we van vader naar het konijn brengen.” Ze kwamen nooit bij het beest aan. „We wasten ze goed en dan aten we ze zelf op.”

Op zondag 6 mei kwam er een einde aan de spanning. Het was avondmaalszondag in de christelijke gereformeerde kerk van ds. W. F. Laman, waar het gezin kerkte. „Toen we naar huis liepen, zagen we opeens overal vlaggen hangen. Die zondagmiddag ging het kleedje van onze Singer-naaimachine af en moeder begon te naaien. Ze had nog een lap rode stof, bestemd voor een schort, een stuk wit laken en een dun donkerblauw rokje.” De stoffen waren, met het oog op de bevrijding, speciaal voor het vervaardigen van de nationale driekleur apart gelegd. „Ik weet nog dat de blauwe baan was samengesteld uit zes stukken”, zegt Terreehorst.

De inmiddels bejaarde Rotterdammer herinnert zich nog hoe zijn moeder later werd bevraagd over de zondagse vlagactiviteiten. Was het naaien en vlaggen op zondag niet in strijd met het eerbiedigen van de rustdag? „Ze antwoordde dan dat ze dat moest doen omdat de eer van God ermee gemoeid was”, zegt Terreehorst. „De Heere had ons door die bange jaren heengeholpen. Door te vlaggen konden we uiting aan onze dankbaarheid geven.”

Die dankbaarheid betrof ook het feit dat het gezin en het huis in de oorlog gespaard bleven, benadrukt Terreehorst. „Mijn moeder geloofde vast dat op ons huis geen bom zou vallen. Dat is ook niet gebeurd.” Toch hield vader Terreehorst wel rekening met een eventueel bombardement. Hij stutte in de kelder de vloer van het huis met houten palen. „Maar moeder moest daar niets van hebben. Weg met die dingen, zei ze. De Heere heeft beloofd dat het goed zal gaan en Hij is een waarmaker van Zijn Woord.”

Na de oorlog heeft de samengestelde vlag nog jarenlang dienstgedaan. Terreehorst heeft hem niet meer, maar vlagt wel trouw op 4 en 5 mei. Zijn vrouw: „En hij gaat ’m ook altijd uitsteken bij de buren. Hij wil dat er op die dagen zo veel mogelijk vlaggen uithangen.”

Dit is de tweede aflevering van een serie waarin RD-lezers terugblikken op de Bevrijding. Morgen deel 3.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer