In het eerste kwartaal van 2004 bedroeg de nettowinst 825 miljoen euro. Het bedrijfsresultaat van de bank kwam over de eerste drie maanden van dit jaar uit op 1,35 miljard euro, zo blijkt uit de woensdagochtend gepubliceerde kwartaalcijfers. Dat betekent een stijging van 2,2 procent in vergelijking met een jaar eerder. De baten van ABN namen met 2,8 procent toe tot 4,45 miljard euro.

De stijging van de inkomsten was mede te danken aan de Italiaanse overnameprooi Antonveneta, waarin ABN AMRO afgelopen kwartaal een belang van bijna 13 procent had. Het bankconcern deed overigens in zijn persbericht geen nadere mededelingen over de plannen met Antonveneta. ABN wil de Italiaanse bank inlijven, maar wordt daarbij dwarsgezeten door Banca Popolare di Lodi. Deze Italiaanse bank heeft inmiddels een belang van ongeveer 29 procent opgebouwd in Antonveneta, terwijl ABN AMRO minder dan 20 procent van de aandelen in handen heeft.

De winstgroei van ABN kwam afgelopen kwartaal voor een groot deel op het conto van het consumentenbankieren. Daar steeg de nettowinst van 421 miljoen euro naar 531 miljoen euro, een toename met ruim een kwart. Daarnaast hoefde ABN AMRO aanzienlijk minder geld apart te leggen voor dubieuze leningen, voornamelijk bij de zakenbank en in de Verenigde Staten.

Bestuursvoorzitter Rijkman Groenink noemde de kwartaalwinst in een toelichting „bevredigend.” De resultaten bij de zakenbank kunnen hem echter minder bekoren. Daar daalde de nettowinst met bijna 12 procent tot 67 miljoen euro. „Verbetering van deze resultaten blijft een prioriteit”, aldus de topman. ABN heeft eerder al ingrepen bij het onderdeel aangekondigd, waarbij ook het personeelsbestand wordt teruggebracht.

Op de thuismarkt Nederland verdiende ABN Amro bijna 40 procent meer. De bank vergrootte zijn marktaandeel in spaargelden en kredieten. Deze toename is het gevolg van de wil om huisbankier van alle klanten te worden, aldus ABN AMRO.