Fabrikanten in Europa moeten met wetenschappelijke bewijzen komen. Een voorstel hiertoe van de Europese Commissie kan donderdag op veel steun rekenen in de commissie volksgezondheid van het Europees Parlement.

„Veel mensen zijn bereid om extra te betalen voor gezond voedsel. Dan moet het geen misleiding zijn”, zei europarlementslid Corbey (PvdA) woensdag. De maatregel kan ook de gezondheid bevorderen. Hij kan, na goedkeuring door de EU-landen, al in de loop van 2006 van kracht worden.

De parlementsleden twisten echter nog over veel details. Zo twijfelen ze over een verbod op afslankbeloftes. De Europese Commissie had dat voorgesteld omdat het effect niet voor iedereen gegarandeerd is. „Zo’n verbod is een beetje onzin”, vindt Corbey. „Zoiets is bij proefpersonen best te testen. Bovendien is overgewicht een groeiend probleem in Europa.”

De PvdA’ster heeft zelf een gezondheidsindicator voorgesteld. Consumenten kunnen via sterretjes zien hoe gezond een product is: vijf sterren is gezond, één ster is ongezond. Fabrikanten zouden dat zelf moeten uitrekenen, onder toezicht van Brussel.

Discussie is er ook over alcohol. Van wijn, bier en andere alcoholische dranken zouden fabrikanten nooit mogen zeggen dat ze gezond zijn, vindt de Europese Commissie. Maar vooral Spaanse europarlementariërs bestrijden dat. Het drinken van wijn zou wel degelijk gunstig zijn voor bepaalde lichaamsdelen. De Spaanse wens stuit echter op fel verzet van Zweden.

Veel parlementsleden, onder wie Corbey, willen de opzet bovendien minder bureaucratisch maken. Een wetenschappelijk bewijs hoeft niet in twintig talen, vinden ze.

Het voorstel stuitte in 2004 nog op verzet. Onder aanvoering van Duitse europarlementsleden is het toen lang uitgesteld. De Duitsers zijn bang voor hoge onderzoekskosten voor middelgrote en kleine voedingsbedrijven. Duitsland heeft relatief veel van deze bedrijven. Enkele aanpassingen in de tekst zouden aan die bezwaren nu tegemoetkomen.