Honderd ontslagen bij Joh. Enschedé
Joh. Enschedé, drukker van bankbiljetten, schrapt honderd banen. Het bedrijf heeft in 2004 een verlies geboekt van 14,7 miljoen euro. De drukker zegt te lijden onder oneerlijke concurrentie, omdat een aantal Europese staatsdrukkers ver onder de kostprijs werkt.
De inkrimping gebeurt deels met gedwongen ontslagen, aldus directeur A. Piet donderdag. Bij de hoofdvestiging in Haarlem werken op dit moment 300 mensen. De reorganisatie raakt volgens Piet „alle geledingen.”
Door de introductie van de euro is in 2002 in Europa een enorme overcapaciteit ontstaan op het gebied van de productie van bankbiljetten. Dat leidt tot een felle concurrentieslag waarbij staatsbedrijven ver onder de kostprijs kunnen werken. Van de dertien drukkerijen in deze branche zijn er slechts drie, twee Duitse en Joh. Enschedé, geprivatiseerd. „De rest kan het gemakkelijker uitzingen.”
Joh. Enschedé kan door het lage prijsniveau nauwelijks winstgevende opdrachten binnen halen. Het bedrijf heeft een klacht ingediend bij de Europese Commissie over oneerlijke concurrentie. „Omdat het vooral gaat om opdrachten van buiten de Europese Unie heeft de behandeling een lage prioriteit. De verwachting is dat er pas na 2007 iets aan de situatie zal veranderen. Zolang kunnen wij niet wachten.”
Het bedrijf gaat de komende jaren de productiecapaciteit in Haarlem flink verkleinen. De activiteiten in de vestigingen in Brussel en Amsterdam vallen buiten de reorganisatie. Daar zijn circa 200 medewerkers bezig met commercieel drukwerk.
Eerder schrapte Joh. Enschede al zeventig arbeidsplaatsen. Over de huidige reorganisatie wordt gesproken met vakbonden en ondernemingsraad.