Buitenland

VN en Irak spreken over wapeninspecties

Secretaris-generaal Kofi Annan van de Verenigde Naties en de Iraakse minister van Buitenlandse Zaken, Naji Sabri, zijn woensdag in New York bij elkaar gekomen om te praten over de hervatting van de wapeninspecties. De gesprekken duren tot morgen.

Buitenlandredactie
2 May 2002 10:04Gewijzigd op 13 November 2020 23:33

Sabri liet zich na afloop van de eerste gespreksronde positief uit, al moet het grootste deel van zijn delegatie nog in New York arriveren. Zij hebben vertraging opgelopen bij het verkrijgen van Amerikaanse visa.

De VN-Veiligheidsraad hoopt dat de gesprekken leiden tot de terugkeer van wapeninspecteurs in Irak. De gesprekken zouden oorspronkelijk op 18 en 19 april plaatsvinden, maar werden op verzoek van Irak uitgesteld. Het is voor de tweede keer dit jaar dat Irak en de VN de wapeninspecties bespreken.

De VN-wapeninspecteurs vertrokken uit Irak vlak voor de Brits-Amerikaanse luchtaanvallen in december 1998 als straf voor het niet meewerken met de inspecteurs. Sindsdien heeft Bagdad geweigerd hen te laten terugkeren om hun werk, het zoeken naar massavernietigingswapens, te hervatten.

Bij de vorige ontmoeting tussen een Iraakse delegatie en Annan, op 7 maart, kreeg de secretaris-generaal een lijst met twintig kwesties die bij een volgende ontmoeting aan de orde zouden moeten komen. Op het lijstje staan onderwerpen zoals de sancties van de Verenigde Naties tegen Irak, de Amerikaanse dreigingen aan het adres van de Iraakse leider Saddam Hussein en de vluchten van Amerikaanse en Britse gevechtsvliegtuigen in het Iraakse luchtruim.

De Amerikaanse krant The New York Times meldde vorige week dat de regering-Bush van plan is begin volgend jaar de aanval op Irak te openen om het bewind van dictator Saddam Hussein omver te werpen. Het idee is om een campagne vanuit de lucht te combineren met een grondoorlog.

Amerikaanse en Britse vliegtuigen hebben woensdag in Noord-Irak een bombardement uitgevoerd op een Iraakse luchtafweerinstallatie. Volgens het Iraakse persbureau INA zijn bij de aanval één dode en drie gewonden gevallen.

Volgens een woordvoerder van het Amerikaanse leger werd de aanval uitgevoerd nadat een Brits-Amerikaanse patrouille, die bezig was met een controle van het vliegverbod boven Noord-Irak, zo’n 400 kilometer ten noorden van Bagdad onder vuur werd genomen door Iraaks afweergeschut.

De no-fly-zones boven Noord-Irak werden in 1991 ingesteld na afloop van de Golfoorlog om de Koerden en sjiieten te beschermen tegen het leger van Saddam Hussein. Irak betwist de vliegverboden en neemt regelmatig de Britse en de Amerikaanse luchtmacht, die het verbod handhaven, onder vuur.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer