Opinie

Beperk nevenfuncties bestuurders

Commissarissen van de Koningin moeten waken voor te veel nevenfuncties. Het is niet te verdedigen tegenover de burger en zorgt snel voor verwarring, stelt Annelies Jonkers-Cornelisse.

30 March 2005 07:38Gewijzigd op 14 November 2020 02:23
Het provinciehuis van de Zuid-Holland in Den Haag. Foto ANP
Het provinciehuis van de Zuid-Holland in Den Haag. Foto ANP

Het jaarlijkse onderzoek van weekblad Elsevier naar de nevenfuncties van de commissarissen van de Koningin (CvdK) leidt zoals altijd tot commotie. De SP betreurt het dat het niet lukt een goed inhoudelijk debat te voeren over de vraag of een commissaris van de Koningin zich wel met bijbanen dient bezig te houden. Naar onze mening is er een drietal reden waarom een CvdK zich op dit punt moet inhouden: transparantheid van bestuur, tijdsbesteding en het beeld van een graaicultuur.

Consequenties

Transparantheid van bestuur, iedereen heeft er de mond van vol. Maar als het aankomt op het trekken van consequenties uit de mooie woorden krabbelen veel mensen terug. Waar het om gaat is dat voor iedereen helder moet zijn waar iemands belangen liggen. Een commissaris van de Koningin is het boegbeeld van de provincie. Waar hij komt, denken mensen aan de provincie Utrecht. Op het moment dat hij in relatie kan worden gebracht met andere organisaties kan dat tot verwarring leiden.

Er is een aantal functiegebonden bijbanen dat een commissaris vanuit zijn hoofdfunctie min of meer krijgt opgelegd. In feite gaat het hier om een verbreding van zijn takenpakket als commissaris van de Koningin. De kans dat hier sprake is van belangenverstrengeling is zeer klein.

Bij alle andere nevenfuncties kan dit wel tot problemen leiden. De commissaris erkent dit en stelt dat daar waar de belangen van de nevenfunctie en de hoofdfunctie botsen hij altijd het belang van de hoofdfunctie voor zal laten gaan. Voor de SP is dit niet genoeg. Wij stellen dat je ten bate van de transparantheid verplicht bent belangenverstrengeling te voorkomen. Nevenfuncties bij de ANWB, Holland Casino en de Koninklijke Jaarbeurs zijn een garantie voor problemen.

De commissaris stelt dat zijn hoofdfunctie bij uitstek een netwerkfunctie is; wij vragen ons af of de contacten van de commissaris wel steeds helder in beeld hebben wiens belangen hij op dat moment behartigt.

Altijd in dienst

Een commissaris is altijd in dienst. Het bijbehorende salaris is gelijk aan dat van een minister. Ministers maken werkweken van zo’n zestig à zeventig uur zonder dat iemand dat vreemd vindt. De commissaris geeft aan zo’n 50 à 55 uur aan zijn hoofdfunctie te besteden. Het is begrijpelijk dat met dit soort functies werk en privé qua tijd door elkaar heen gaan lopen.

Zolang niemand klaagt over zijn functioneren en de commissaris helderheid verstrekt over zijn tijdsbesteding, is er in principe geen probleem. Overigens is hier in Utrecht wel onduidelijkheid over. De SP heeft door middel van schriftelijke vragen gevraagd om een onderbouwing van de bewering van de commissaris dat hij zo’n 150 uur per jaar aan nevenfuncties besteedt, uitgaande van 50 vergaderingen per jaar.

Daarnaast speelt in Utrecht nog dat de provinciale organisatie verwikkeld is in een bezuinigingsoperatie. Er worden prioriteiten gesteld en functies verdwijnen. De SP vraagt de commissaris of hij kan verzekeren dat zijn vele nevenfuncties niet tot gevolg hebben dat de behoefte die hij aan ambtelijke ondersteuning heeft in zijn hoofdfunctie toeneemt. Wij hebben op deze vraag geen antwoord gekregen.

Soberheid

Een commissaris van de Koningin verdient zo’n 9400 euro bruto per maand. Dit salaris wordt betaald door de belastingbetaler. Is het dan te rechtvaardigen dat een dergelijk openbaar bestuurder ook nog eens een groot deel van zijn salaris aanvult met nevenfuncties? De SP vind van niet. Good governance, of, zoals in dit geval, goed openbaar bestuur, moet in onze visie gekoppeld zijn aan termen zoals soberheid, dienstbaarheid, zuinigheid en bescheidenheid.

Is de SP nu de enige die zich hier druk overmaakt? Nee. De statenfractievoorzitster van het CDA liet zich op de regionale tv verleiden tot de uitspraak dat de inkomsten uit nevenfuncties toch gewoon openbaar zouden moeten zijn. En minister Remkes (VVD) formuleert het in een brief aan de Tweede Kamer alsvolgt: „Maximale transparantie is gewenst om eventuele discussies over de vervulling van nevenfuncties en de daaraan verbonden inkomsten en belangen het hoofd te bieden. Vooropstaat immers een goede vervulling van de publieke functie.” Kortom, als CDA en VVD hun rug recht houden, zullen de commissarissen binnenkort toch de transparantheid moet bieden waar de burger recht op heeft.

De auteur is statenlid voor de SP in de provincie Utrecht.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer