Topmannen massaal vertrokken
Het aantal bestuursvoorzitters dat vorig jaar al of niet gedwongen is opgestapt, is naar een recordhoogte gestegen.
Uit nog te publiceren onderzoek van Booz Allen Hamilton over 2004 blijkt dat wereldwijd 14,2 procent is vertrokken.
Volgens R. Schuyt, vice-president van het internationale managementadviesbureau, hing bij ruim eenderde van hen het vertrek samen met tegenvallende prestaties. Hij zei donderdag dat 18 procent zijn of haar baan kwijt is geraakt door fusie of overname.
Het bureau onderzoekt sinds 1995 jaarlijks het verloop onder bestuursvoorzitters van de 2500 grootste beursgenoteerde ondernemingen in de wereld. Het rapport over 2004 wordt in mei verwacht. „Het percentage vertrekkende topmannen neemt alleen maar toe. In 1995 lag dit nog onder de 10. Uitschieters waren er in de jaren 2001-2002, na het uiteenspatten van de internetzeepbel. Nu is er weer een forse stijging.”
Vooral in Europa is het percentage vertrekkers opmerkelijk. „Dat ligt met 16,8 procent hoger dan gemiddeld. Bovendien is van hen 40 à 45 procent opgestapt wegens tegenvallende prestaties.”
Zonder cijfers te noemen constateert Schuyt dat Nederland nog hoger scoort. Als verklaring noemt hij onder meer het aanscherpen van de regels van corporate governance, de afspraken voor deugdelijk ondernemersbestuur. „Dat heeft toezichthouders onzekerder en bestuursvoorzitters voorzichtiger gemaakt.”