Vervalser krijgt deel collectie terug
Meestervervalser Geert-Jan Jansen (61) heeft woensdag in het Gelderse Rozendaal het eerste deel van zijn omvangrijke en kostbare kunstcollectie teruggekregen van de Franse overheid.
De meestervervalser nam 1600 schilderijen en zo’n 1000 tekeningen in mappen in ontvangst.
Jansen is wereldberoemd geworden als vervalser van werken van onder anderen Appel, Chagall en Matisse. Hij kon tientallen jaren zijn gang gaan, totdat de Franse politie in 1994 een inval deed in zijn woning in La Chaux. Van de opbrengst van de vervalsingen legde Jansen een verzameling aan van echte kunstwerken van onder anderen Panamarenko en Raveel. De Nederlander zat in Frankrijk een gevangenisstraf van acht maanden uit wegens oplichting en woont sinds zijn vrijlating weer in Nederland. Hij maakt nu volgens eigen zeggen geen vervalsingen meer.
Bij de inval in de Franse woning trof de politie naast de originele werken ongeveer 1600 valse doeken aan. Die zijn in beslag genomen. Jansen heeft jarenlang geprocedeerd om zijn collectie terug te krijgen. Hij verwacht nog dit jaar de rest van de in beslag genomen kunstwerken te ontvangen, zei hij gisteren.
„Ik zeg niet hoeveel valse doeken ik heb gemaakt”, stelt Jansen. „Maar het zijn er heel veel. Nog steeds hangen vervalste werken van mij als originele doeken in galeries over de hele wereld.” Het is bekend dat Jansen zulk mooi werk leverde, dat Karel Appel het valse werk niet van zijn eigen creaties kon onderscheiden.
Nadat de meestervervalser was aangehouden, kwamen er maar enkele aangiftes tegen hem binnen. „De meeste veilingmeesters willen niet weten dat ze zich zo voor de gek hebben laten houden. Er gaat heel veel vals werk om in de kunstwereld. En omdat niemand dat toegeeft, blijven vervalsingen voor torenhoge prijzen in de handel”, meent Jansen. De vervalser schreef tijdens zijn gevangenisstraf een boek over de handel en wandel van kunstexperts.