Hogere opening in de maak voor beurzen Europa
De Europese aandelenbeurzen lijken maandag met kleine winsten te openen. De aandacht van beleggers zal deze week vooral uitgaan naar nieuwe inflatiecijfers uit de Verenigde Staten. Vorige week kwam de Amerikaanse centrale bank nog met een eerste renteverlaging. De inflatie speelt een belangrijke rol bij het rentebeleid van de Federal Reserve.
Vrijdag waren nog flinke minnen te zien op de aandelenmarkten in Europa. Zo verloor de Amsterdamse AEX-index 1,2 procent, mede door koersverliezen in de chipsector. Elders in Europa ging het om minnen tot 1,5 procent. Op Wall Street was er een wisselend beeld met kleine uitslagen.
De ogen op het Damrak zullen verder opnieuw gericht zijn op JDE Peet’s. Het moederconcern van Douwe Egberts ging vrijdag nog bijna 8 procent omlaag na een oproep voor het uitstellen van de nieuwe ontbossingswet in de Europese Unie. Daarbij moeten importeurs van grondstoffen als koffie kunnen aantonen dat de producten niet van stukken land komen waar recent bossen zijn gekapt.
Chiptoeleverancier Besi kan mogelijk in beweging komen door een verkoopadvies van de Britse bank HSBC. Analisten van HSBC verhoogden juist het beleggingsadvies voor supermarktconcern Ahold Delhaize.
Op macro-economisch gebied worden voorlopige gegevens gemeld over de bedrijvigheid in verschillende Europese landen, de eurozone en de VS.
In China stonden maandag winsten op de koersenborden. Dat kwam door de hoop op meer stimuleringsmaatregelen van de Chinese overheid om zo de kwakkelende economie aan te jagen. De Hang Seng in Hongkong steeg 0,3 procent en de beurs in Shanghai ging 0,4 procent vooruit. De Nikkei in Tokio was gesloten voor een vrije dag.
De Chinese centralebankgouverneur Pan Gongsheng zal dinsdag een persconferentie geven over steunmaatregelen voor de economie, na een reeks tegenvallende cijfers waardoor er onzekerheid is of China dit jaar wel aan zijn doelstelling van circa 5 procent groei zal voldoen. De centrale bank kwam al wel met een verlaging van de rente voor een kortlopende lening aan banken.
De euro was maandagochtend 1,1163 dollar waard, tegen 1,1161 dollar bij het Europese slot op vrijdag. Een vat Amerikaanse olie steeg 0,8 procent in prijs tot 71,61 dollar. Brentolie kostte 0,8 procent meer op 75,08 dollar per vat.