OpinieOpinie

Hier gaat het om in christelijke opvoeding

Paulus mocht door genade zeggen: „Het leven is mij Christus en het sterven gewin” (Filippenzen 1:21). Iedere christelijke opvoeder zou hem dat moeten kunnen nazeggen, met de bede dat dat ook voor zijn kinderen mag gelden.

C.W. Schimmel
16 September 2024 16:00
„Laat Christus het grote Voorbeeld zijn voor allen die hun kinderen christelijk willen opvoeden.” beeld André Dorst
„Laat Christus het grote Voorbeeld zijn voor allen die hun kinderen christelijk willen opvoeden.” beeld André Dorst

De vraag wat onder een christelijke opvoeding moet worden verstaan, is niet nieuw. De pedagoog dr. J.H. Gunning Wz. schreef onder de titel ”Wat is christelijke opvoeding?” al in 1902 een opstel hierover. Anno 2024 is deze vraag nog steeds actueel.

„De christelijke opvoeder vertegenwoordigt God bij het kind”

Bij een christelijke opvoeding wordt vaak gedacht aan zaken als bidden, (voor)lezen uit de (kinder)bijbel, psalmen zingen, meenemen naar de kerk enzovoorts. Hoewel ze zeker niet onbelangrijk zijn, gaat het daarbij vooral om ”uiterlijke” zaken. Ze raken niet de kern van waar het in de christelijke opvoeding om zou moeten gaan. Die kern is het innerlijk, het hart. Een hart dat vanuit de gemeenschap met en de liefde tot Christus kinderen opvoedt.

Leesbare brief van Christus

De christelijke opvoeder zegt het Paulus na dat de liefde van Christus hem dringt. Waartoe? Om aan kinderen te vertellen en te laten zien hoe goed het is om met en vanuit de gemeenschap met Christus te leven. De christelijke opvoeder verlangt ernaar om die éne Naam die onder de hemel is gegeven bij zijn kinderen aan te prijzen en Hem aan het hart te leggen als de enige Weg tot zaligheid. Hij verspreidt iets van de liefdegeur van Christus, vanuit de hoop en verwachting dat die geur elk kind tot dezelfde liefde zal dwingen.

„Een ”orthodoxe” opvoeding hoeft nog geen christelijke opvoeding te zijn”

Paulus mocht door genade zeggen: „Het leven is mij Christus en het sterven gewin” (Filippensen 1:21). Iedere christelijke opvoeder zou hem dat moeten kunnen nazeggen, met de bede dat dat ook voor zijn kinderen mag gelden. De vraag die iedere opvoeder zichzelf moet stellen, is of hij of zij een leesbare brief van Christus is. Dat wordt zichtbaar, niet alleen in de leer die hij zijn kinderen voorhoudt, maar bovenal in zijn leven. Dat geldt zowel opvoeders binnen het gezin als opvoeders op school en in de kerk.

Voorbeeld

Wat de school betreft dekt het woord ”reformatorisch” niet wat christelijk onderwijs beoogt, namelijk de persoon en het werk van Christus centraal stellen. De al eerder genoemde pedagoog Gunning zegt dat alle uitwendige kenmerken van christelijkheid ten enenmale falen als deze niet voortkomen uit een innerlijke christelijke levenshouding. Dat betekent dat opvoeders niet tevreden mogen zijn als hun kinderen de uiterlijke kenmerken van een christelijk leven vertonen. Als dat het enige is, dan schiet de christelijke opvoeding haar doel voorbij. Het gaat er immers om dat wij en onze kinderen de zalving van Christus deelachtig zijn. Een ”orthodoxe” opvoeding hoeft daarom nog geen christelijke opvoeding te zijn.

Laat Christus het grote Voorbeeld zijn voor allen die hun kinderen christelijk willen opvoeden. Van Hem kunnen opvoeders en kinderen leren om zachtmoedig en nederig van hart te zijn. Gunning heeft erop gewezen dat de christelijke opvoeder God vertegenwoordigt bij het kind en daarbij, als het goed is, beseft dat hij zelf niets kan. Enerzijds is de christelijke opvoeder volkomen verantwoordelijk voor het ware geluk van het kind, anderzijds is hij volkomen machteloos vanwege eigen zondigheid en tekortkomingen waartegen hij niets vermag. Daarom is de christen-opvoeder een opvoeder die bidt.

In het gebed, zo zegt Gunning, smelten het gevoel van absolute verantwoordelijkheid en het gevoel van absolute machteloosheid samen in het gevoel van absolute afhankelijkheid. En zich van God afhankelijk te weten houdt tevens in: op Hem en op Hem alleen vertrouwen. Alleen vanuit dat vertrouwen op God is er hoop en verwachting voor christelijke opvoeders en hun kinderen.

De auteur is docent pedagogiek aan hogeschool de Driestar. Hij schreef dit artikel op persoonlijk titel.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer