Supermarkt gooit steeds minder voedsel weg: „Komt door klimaatdoelstelling”
Supermarkten gooien steeds minder voedsel weg. Een belangrijke drijfveer is de wens om de klimaatdoelstellingen te halen, stelt Toine Timmermans.
De verspilling van voedsel in grote supermarkten daalde tussen 2018 en 2023 met 35 procent, blijkt uit een donderdag gepresenteerd onderzoek van de Wageningen University & Research. Dat komt neer op een verschil van 60 miljoen kilo per jaar. „We hebben het wel ergens over. Dat zijn geen kleine beetjes”, zegt Toine Timmermans, directeur van de stichting Samen Tegen Voedselverspilling, verheugd. De stichting nam het initiatief tot het onderzoek, samen met het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL).
Aan het onderzoek, dat in 2018 van start ging, doen acht supermarktketens mee, waaronder de onlinesupermarkt Picnic. Samen zijn ze goed voor 85 procent van de Nederlandse markt. De acht winkelketens hebben zich ten doel gesteld om hun voedselverspilling in 2030 te halveren. „Ze liggen op schema”, zegt Timmermans, die verwacht dat ze de doelstelling gaan halen.
„Klimaatimpact substantieel verminderen red je als supermarkt niet met een elektrische vrachtwagen of een zuinige koeling” - Toine Timmermans, directeur stichting Samen Tegen Voedselverspilling
Een belangrijke drijfveer is volgens de directeur het streven om hun klimaatimpact (vaak uitgedrukt als CO2-uitstoot) te verminderen. „Bij de meeste supermarkten zit gemiddeld 95 procent van hun klimaatimpact in de producten die ze verkopen. Dus als je die voetafdruk substantieel wilt verminderen, red je dat niet met een elektrische vrachtwagen of een zuinigere manier van koeling.”
Troef
De klimaatdoelstellingen leggen supermarkten zichzelf op, vaak onder druk van maatschappelijke organisaties. Als de winkels hun eigen doelen vervolgens niet halen, lopen ze het risico voor de rechter te worden gesleept. Klagers maken dan volgens Timmermans een goede kans om in het gelijk te worden gesteld.
De belangrijkste troef waarmee de winkels verspilling tegengaan, is het geven van korting op producten die dicht tegen de houdbaarheidsdatum aan liggen. Sommige winkels werken met de ”Too Good To Go”-app, die verrassingspakketten met overgebleven producten voor een lage prijs aanbiedt. De Albert Heijn maakt gebruik van Overblijverspakketten, die klanten via de AH-app kunnen reserveren. En bij de Lidl kunnen klanten een ”Verspil Mij Niet”-groente- en fruittas aanschaffen. Een tas bevat ongeveer 4 kilo groente en fruit, waar een deukje in zit of waarvan de verpakking kapot is. Die kunnen dan niet meer worden verkocht, maar zijn nog wel geschikt voor consumptie.
Kunstmatige intelligentie
Veel supermarkten maken tegenwoordig gebruik van kunstmatige intelligentie (AI) voor het inschatten van de korting die een product mag krijgen. De algoritmes nemen allerlei factoren mee, zoals de grootte van de voorraad, de houdbaarheidsdatum, het weer en de prijs bij de concurrent. De computer berekent bijvoorbeeld dat het ene product het beste 70 procent korting kan krijgen, omdat het niet lang meer houdbaar is maar er wel een grote voorraad van is. Een ander product, dat langer goed blijft en waarvan de voorraad kleiner is, kan misschien beter met 10 procent korting weggaan.
„Als je het algoritme goed inzet, leidt dat tot minder verspilling en tot optimale omzet”, stelt Timmermans. Het concept is volgens hem niet nieuw, maar wordt nu pas grootschalig toegepast. „De tijd is er nu rijp voor.”
Soep
Supermarkten zijn verantwoordelijk voor 7 procent van de totale voedselverspilling in Nederland. De overige 93 procent gebeurt elders in de keten: bij de producent (63 procent) en de consument (30 procent). Zijn de inspanningen van supermarkten niet een druppel op een gloeiende plaat? Nee, vindt de directeur. „De 60 miljoen kilo die supermarkten nu jaarlijks minder weggooien, is echt heel veel. Maar we moeten ook werken aan het tegengaan van verspilling elders in de keten.”
„De meeste verspilling vindt elders in de keten plaats”
Om voedselverspilling bij consumenten te verminderen, vindt momenteel de Verspillingsvrije Week plaats. Daarin worden Nederlanders uitgedaagd om een week lang geen voedsel weg te gooien.
Ook aan de productiekant worden stappen gezet, signaleert Timmermans. „Wat je in toenemende mate ziet, is ”total use”. Dit houdt in dat supermarkten alles gebruiken wat hun vaste telers produceren. En dat ze oplossingen bedenken als de aangeleverde producten minder goed zijn. Groenten die minder mooi of te klein zijn, worden bijvoorbeeld verwerkt tot soep.”