Het kabinet wil een aantal dingen wel alvast regelen. Zo komt er vrij snel weer een schijf bij in de inkomstenbelasting met lager tarief. Het aantal inkomensafhankelijke regelingen moet omlaag, ook om terugvorderingen waar mogelijk te voorkomen. Het toeslagenschandaal liet zien dat het slecht kan uitpakken als mensen (grote) bedragen inkomenssteun moeten terugbetalen. Burgers die gebruik maken van sociale regelingen krijgen het recht om zich te vergissen, zoals al aangekondigd in het coalitieakkoord.

Daarnaast moeten mensen rond het bestaansminimum er zeker van zijn dat ze genoeg inkomen hebben. „Het Rijk regelt de inkomensbasis goed, zodat mensen voor hun inkomen niet afhankelijk zijn van gemeentelijke minimaregelingen.”

Toch zal de uitwerking van de grote hervormingsplannen nog op zich laten wachten. Het kabinet ziet in de politiek brede steun voor het vertimmeren van het toeslagen- en belastingstelsel, maar voegt daaraan toe: „de komende jaren zijn er veel keuzes te maken over de invulling”. Het kabinet gaat met betrokken partijen en de Tweede Kamer in gesprek, en zal daarbij „een leidende en faciliterende rol” innemen.

Grote maatregelen zal dit kabinet zelf niet meer doorvoeren. De nodige wetsvoorstellen om de stelsels te hervormen worden deze kabinetsperiode alleen voorbereid, is de ambitie. Dat voornemen stond ook al in het coalitieakkoord.

Zoals aangekondigd wil het kabinet ook het arbeidsongeschiktheidsstelsel reorganiseren. Dat stelsel piept en kraakt al jaren, met grote gevolgen voor arbeidsongeschikten. Recent bleek ook dat het UWV de arbeidsongeschiktheidsuitkering van mogelijk tienduizenden mensen verkeerd had berekend. Het regeerprogramma gaat niet in op hoe zo’n stelselherziening eruit gaat zien.