Minister Bruins begrijpt zorgen over bezuinigingen onderwijs
Minister Eppo Bruins (Onderwijs) begrijpt de zorgen over bezuinigingen in het onderwijs, zei hij bij de opening van het academisch jaar op de Erasmus Universiteit Rotterdam. De minister zei in zijn toespraak dat op Prinsjesdag de plannen van het nieuwe kabinet duidelijker worden. „Maar ja, er zullen bezuinigingen komen, ook op onderwijs, cultuur en wetenschap. Als u daarover bezorgd bent, begrijp ik dat heel goed.”
Bruins noemde na zijn speech de bezuinigingen op onderwijs en wetenschap „lelijk”. Hij herhaalde wat hij eerder zei, dat hij waarschijnlijk niet de populairste onderwijsminister zal zijn. „Ik heb het hoofdlijnenakkoord gelezen en had de keuze om naar voren te stappen of naar achteren te leunen. Maar ik ga de uitdaging wél aan. Juist in tijden van financiële krapte is het nodig dat er iemand die die sector kent op die stoel zit en weet hoe waardevol onderwijs, cultuur en wetenschap zijn. Daar ga ik mee aan de slag.”
De bewindsman zei verder dat hij de afgelopen tijd met het onderwijs heeft gesproken over de pijnpunten. „Die gesprekken laten me niet onberoerd.” Hij bespreekt dit ook binnen het kabinet. „Weet dat ik knok voor de sector om te zorgen voor een zo zacht mogelijke landing.” Bruins zei te hopen dat hij hier op Prinsjesdag iets van kan laten zien.
De minister refereerde in zijn toespraak aan de krimp van het aantal studenten, die volgens hem meer impact heeft dan bezuinigingen. „Er zijn gewoonweg steeds minder kinderen.” Volgens hem bedreigen dalende studentenaantallen het voortbestaan van scholen in verschillende regio’s, waardoor jongeren minder kans hebben de opleiding van hun dromen te volgen. „We moeten het onderwijsstelsel daarom krachtig en weerbaar maken. Zodat slimme denkers en handige doeners ook in de toekomst onze sectoren en regio’s tot bloei blijven brengen.”
De bewindsman sprak ook over „zorgwekkende geluiden” in de samenleving. „Geknaag aan de fundamenten van onderwijs en wetenschap. Luide stemmen van mensen die zeggen dat ze niets met cultuur hebben en wetenschap ook maar een mening is. Ik vind dat verontrustend en gevaarlijk.”
Het onderwijs is volgens Bruins een „plek waar mensen in vrijheid kunnen oefenen in samen leven”. „Dat is bitterhard nodig nu we ons steeds harder opstellen tegenover elkaar. Nu we samen met de mening vaak ook de persoon daarachter lijken te verwerpen. Met schaamte voeg ik daaraan toe dat ook de politiek daarin momenteel niet het goede voorbeeld geeft.”