Bush zei vrijdag in een vraaggesprek met het dagblad The New York Post dat hij wil dat Syrië zijn militairen en leden van inlichtingendiensten in mei uit Libanon weg heeft gehaald.

Ook Rusland heeft zich in het diplomatieke conflict gemengd. De Syrische onderminister Al-Mualem van Buitenlandse Zaken praatte vrijdag in Moskou over de kwestie met minister Lavrov van Buitenlandse Zaken. Moskou is al decennialang een bondgenoot van Damascus.

Desondanks deelt het Kremlin het standpunt dat het Syrische leger Libanon moet verlaten, maar het vindt wel dat dit in een verantwoord tempo moet gebeuren, omdat in Libanon sprake is van een „zeer fragiele stabiliteit.” Syrische troepen zijn sinds 1976 in het buurland.

Na afloop van het overleg zei Al-Mualem dat hij met Lavrov over een „bepaald Syrisch plan” heeft gesproken. Hij repte van een akkoord tussen Syrië en Libanon dat door alle leden van de VN-Veiligheidsraad zal worden goedgekeurd.

De Syrische president Bashir al-Assad rept naar verwachting vandaag in zijn toespraak voor het Syrische parlement over een terugtrekking van troepen.

Volgens het Syrische persbureau SANA zal Assad spreken over de „huidige politieke ontwikkelingen.” De officiële spreekbuis van het bewind gaf geen nadere details. De toespraak van het staatshoofd stond niet op de agenda van het parlement.

Volgens meerdere Libanese bronnen kondigt de president een gedeeltelijke terugtrekking aan. Eerder was al bekend geworden dat alle 14.000 tot 15.000 Syrische militairen in Libanon worden teruggetrokken in de Bekaa-vallei in het oosten aan de grens met Syrië. In een dinsdag gepubliceerd interview met het blad Time zei Assad al dat Syrië van plan is zijn troepen binnen enkele maanden terug te trekken. Volgens Assad kon hij om „technische redenen” nog geen definitief tijdschema voor de terugtrekking geven.

Een Libanese minister zei dat de regering in Damascus eerst „bepaalde garanties” wil voordat zij de manschappen compleet terugtrekt. „Syrië wil een soort routekaart én consultaties op regionaal en internationaal niveau over de hervatting van het vredesproces.”

Syrië staat onder zware internationale druk om uit Libanon te vertrekken. De Saudische kroonprins Abdullah pleitte hier donderdag voor tijdens een overleg met Assad. Gebeurt dit niet, dan zou dat gevolgen kunnen hebben voor de Syrisch-Saudische relatie, aldus een Saudische bron.

Libanon werd na de Eerste Wereldoorlog vooral op instigatie van de koloniale heerser Frankrijk losgemaakt van Syrië. Het land werd tijdens de Tweede Wereldoorlog feitelijk onafhankelijk. Spanningen tussen de bevolkingsgroepen leidden in 1975 tot een bloedige burgeroorlog, waar Syrië zich sinds 1976 uit naam van tal van Arabische mogendheden actief mee bemoeide.

Aan het einde van de oorlog in oktober 1990 waren er waarschijnlijk 30.000 Syrische militairen in Libanon, nu minder dan de helft. De druk op Syrië om ook die troepen terug te halen, werd groter met de moord op ex-premier Hariri vorige maand. Een deel van de Libanese oppositie zag de hand van Damascus achter de moord op Hariri.

voetnoot (u17(Zie ook pag. 21.