Avantium meldde hogere kosten te hebben gemaakt bij de bouw van zijn fabriek in Delfzijl voor plantaardige grondstoffen voor plastics. Vooralsnog verliest het bedrijf alleen maar geld, maar meerdere grote bedrijven hebben de afgelopen jaren toegezegd klant te worden van de productiefaciliteit.

Bij zijn halfjaarcijfers meldde Avantium met banken te praten over het verlengen van een kredietfaciliteit. Daarnaast kijkt het bedrijf hoe meer financiering kan worden binnengehaald, bijvoorbeeld via de uitgifte van nieuwe aandelen, nieuw krediet of subsidies. Analisten van ING wijzen erop dat er ook goed nieuws is, zoals hogere inkomsten uit onderzoeksdiensten, maar „alle ogen zijn gericht op de balans en de voltooiing van de fabriek”.

De AEX-index eindigde 0,5 procent hoger op 907,65 punten. De MidKap steeg 1,3 procent tot 887,03 punten. In Frankfurt en Parijs wonnen de belangrijkste graadmeters tot 0,5 procent, Londen eindigde een fractie hoger.

Op de financiële markten was ook aandacht voor de aanpassing van cijfers over de Amerikaanse arbeidsmarkt. De groei van het aantal nieuwe banen in de Verenigde Staten viel in de twaalf maanden tot en met maart veel lager uit dan het Bureau of Labor Statistics eerder meldde. Dit wijst erop dat de Amerikaanse arbeidsmarkt veel zwakker is dan gedacht. Daarmee ontstaan ook barstjes in het beeld dat ’s werelds grootste economie een ‘zachte landing’ maakte na de reeks renteverlagingen van de Federal Reserve.

De beurzen in New York leverden tussentijds een deel van hun eerdere winsten in. De dollar verloor terrein ten opzichte van de euro, die rond het slot van de Europese beurzen 1,1142 dollar waard was. Dat is de hoogste stand in een jaar tijd.

Fugro was bij de middelgrote fondsen op het Damrak een opvallende winnaar met een plus van 6,2 procent. Analisten van ING publiceerden een positief rapport over de bodemonderzoeker en verhoogden het koersdoel licht. Volgens de experts is Fugro marktleider in enkele snelgroeiende markten en steeds minder afhankelijk van de olie-industrie.

Een vat Amerikaanse olie werd 0,1 procent minder waard en kostte 73,21 dollar per vat. Brentolie zakte 0,2 procent in prijs tot 77,35 dollar per vat.