Meditatie: Verborgenheid
Efeze 5:32
„Deze verborgenheid is groot; doch ik zeg dit ziende op Christus en op de gemeente.”
Deze maagd blijft bij de leer van Christus en heeft zowel de Vader als de Zoon tot haar Deel: ze heeft God tot haar Vader en Christus tot haar Man. Bovendien wordt deze maagd in haar bruidskleding omhelsd als een bruid die voor haar man versierd is. God schenkt haar het bruiloftskleed van Zijn geliefde Zoon, in het geloof ontvangt zij dit en trekt zij het aan. God de Vader trekt haar tot haar Beminde en Hij ontvangt haar als de gift van de Vader en zegt: „Deze is ditmaal been van mijn benen en vlees van Mijn vlees”, zij zal genoemd worden Eva, de moeder van alle heiligen, en „Hefzibah, want Mijn lust is aan haar” (Jesaja 62:4). „Deze verborgenheid is groot, doch ik zeg dit, ziende op Christus en op de gemeente” (Efeze 5:32). Goedertierenheid kroont haar hoofd, ze is gehuld in toegerekende gerechtigheid, zachtmoedigheid en stilheid versieren haar ziel, haar gezicht straalt bescheidenheid en nederigheid uit en ze kleurt vaak rood als ze haar onwaardigheid ziet en voelt. Haar verlicht verstand en het geloof zijn haar ogen, de band van het verbond en de beloften daarvan zijn een sieraad om haar hals, haar schoenen zijn vrede en haar gordel is gerechtigheid. Zo zeker als de Bruidegom Zich met Zijn sieraden zal tooien, zal de bruid zich zo met haar juwelen versieren.
William Huntington, predikant te Londen
(”De wijze en de dwaze maagden”, 1835)