Meditatie: Kom toch!
Openbaring 22:17
„En de Geest en de bruid zeggen: Kom. En die het hoort, zegge: Kom. En die dorst heeft, kome; en die wil, neme het water des levens om niet.”
Staat iemand op het punt om te komen tot Jezus, maar durft hij niet, omdat hij zo’n groot zondaar is? Wie u ook bent: De Meester is daar en Hij roept u (Johannes 11:28). Hij zegt: Zo iemand dorst heeft, die kome, en die wil, neme het water des levens om niet.
Hij buigt Zich nog dieper neer en zegt: Zo iemand slecht is, die kome tot Mij. Of: Wie is slecht? Hij kere zich herwaarts! (Spreuken 9:4). Daar staat niet eens: Wie gevoelt zich slecht? Of: Wie is genoeg verbroken onder het gevoel van zijn slechtheid? Of: Wie heeft zich diep genoeg neergebogen voor Mijn voeten? Maar hier worden onvoorwaardelijk de verharden en slechten tot Jezus genodigd.
Daarom, doet u maar als de knechten van Benhadad, die gehoord hadden dat de koningen van Israël goedertieren koningen waren, en daarom tot hun vorst zeiden: Laat ons toch zakken om onze lendenen leggen en koorden om onze hoofden en zeggen: Zo zegt uw knecht Benhadad: Laat toch mijn ziel leven! (1 Koningen 20:31-33).
Mocht u zo ook maar komen, met de strop om de hals, als mensen die de dood waard zijn. De uitslag zal niet ongunstig zijn! Indien u buiten Jezus blijft, moet u zeker sterven. Maar indien u tevreden bent om in de handen van Jezus te vallen, behoeft u voor Hem geenszins te vrezen.
Wulfert Floor,
oefenaar te Driebergen
(”Al de eenvoudige oefeningen”, 1913)