Meditatie: Zoete overdenking
Psalm 104:34
„Mijn overdenking van Hem zal zoet zijn; ik zal mij in de Heere verblijden.”
De ziel van een christen wordt door de Bijbel verkwikt, of ook wel door het lezen van een stichtelijk boek, of onder het gehoor der waarheid, als hij ondervinding mag hebben van dat zoete woord: „U zult de waarheid verstaan, en de waarheid zal u vrijmaken.” De Heere verkwikt weleens de zielen van Zijn kinderen door de zoete bevinding van Zijn nabijheid aan hun gemoed, zodat zij met Asaf kunnen zeggen: „Het is mij goed nabij God te zijn.” David zei: „Mijn overdenking van Hem zal zoet zijn, en ik zal mij in de Heere verblijden” (Psalm 104:34).
En jazeker, de vromen kunnen ook weleens zulke zalige overdenkingen van de Heere hebben die ook zo zoet zijn. Het is zo zalig voor een christen als hij zijn ziel eens mag verlustigen met de overdenkingen van de dingen die boven zijn. Soms gaat de christen eens langs de weg of hij wandelt in het veld. Of hij zit in zijn kamer of hij is hier of daar doende aan zijn werk, en dan wordt het hem weleens gegeven om Gods nabijheid aan zijn hart te gevoelen. Dan wordt hij eens ingeleid in het bittere kruislijden van zijn Borg, tot boeting van zijn zondenschuld, of hij mag in zijn overdenking eens bepaald worden bij Wie die dierbare Jezus is en Zijn wil voor een arme, verloren zondaar!
Wulfert Floor,
oefenaar te Driebergen
(”Al de eenvoudige oefeningen”, 1913)