Hoe krijgt het heilige weer ingang in ons bestaan?
Hoe is de aardse werkelijkheid toneel van Gods redding en hoe kan Gods genade aanwezig zijn in menselijke daden van goedheid en barmhartigheid? Er zijn plaatsen waar en praktijken waarin boven en beneden bij elkaar komen. Dat wat we het ”heilige” noemen. Maar hoe kunnen we zo kijken dat we dit ook zien?
In 1967 schreef socioloog-theoloog Peter Berger dat secularisatie ook iets verandert in het bewustzijn van mensen. Zonder ”heilig baldakijn” ontbreekt het ons aan de bronnen, de plek en de tijd om bezinning op grote levensvragen zinvol te verbinden met het concrete leven. Dan missen we een groter en samenbindend verhaal dat ordening, bezieling en richting biedt, dat houvast geeft in tijden van crisis.
Het ontbreken van verbindende betekenisgeving wekt een nieuw verlangen op, als een menselijke reactie op een ervaring van gemis. Volgens schrijver en voormalig klimaatactivist Paul Kingsnorth heeft ons gemis te maken met een vernauwing van ons blikveld, waarin het heilige is verdwenen: „Zonder geestelijke autoriteit en besef van het heilige creëer je je eigen symbolen (…). Als deze machine, dit onhoudbare systeem, gaat instorten, zal de geestelijke honger groot worden. Want ik denk niet dat de mens lang zonder God kan. Wij zijn de eerste beschaving die het probeerde: overleven zonder spiritueel centrum. En dat werkt gewoon niet: we creëerden door die god-loosheid de grootste tirannieën ooit én de klimaatcrisis.”
Het verlangen naar het heilige is, zo bezien, een verlangen naar betekenis die ik niet zelf ”schep” maar die naar mij toe komt en die mij onderdeel maakt van de wereld. Zo is de vraag naar het heilige in de kern een vraag naar het menszijn zelf: wie ben ik als mens, wat is de aarde, wat is het goede leven en hoe leven we samen als mensen? Het zijn zingevingsvragen waarover juist vanuit de theologie veel te zeggen valt.
Heiligende tegenwoordigheid
In een theologisch perspectief kan ”het heilige” niet los gezien worden van ”de Heilige”, de openbaring van de Naam van God die Mozes ontvangt bij het brandende braambos (Exodus 3:14). Het heilige is nadrukkelijk betrokken op Gods identiteit en zijn nabijheid bij zijn volk. Veelzeggend is Leviticus 19:2: „Wees heilig, want ik ben heilig.”
Theologisch gezien is het heilige, is heiligheid een relationeel begrip, schrijft de theoloog John Webster in zijn boek ”Holiness”. Heiligheid is de particuliere eigenschap waarmee Gods unieke wezen zich verhoudt tot de schepping. Zijn heiligende aanwezigheid kleurt vervolgens de blik waarmee we naar de wereld kijken.
In het evangelie van Johannes bereikt deze heiligende tegenwoordigheid een hoogte-/dieptepunt in de menswording van God. Zoals God heiligend woonde in het midden van zijn volk, zo komt in het Johannesevangelie God heiligend wonen in het geheel van zijn wereld (Johannes 1:14; 6:69). In Jezus treedt God in eigen Persoon herscheppend op om de schepping in de rechte verhouding tot de Schepper terug te brengen. In het heilige kan, met andere woorden, iets gemerkt worden van Gods ordenende aanwezigheid.
Ontmoetingsruimte
Als we het heilige benaderen als Gods ordenende tegenwoordigheid in deze wereld, wordt ook vanuit de theologie helder waarom ”de moderne blik”, waarin de wereld geen stem heeft, problematisch is. Die blik ontneemt ons het zicht op Gods tegenwoordigheid. Aan Hem ontleent de hele schepping betekenis en samenhang.
De theoloog Hans Boersma pleit daarom voor een heroriëntatie op sacramentele theologie. Een kijk op de wereld als ontmoetingsruimte waarin wederkerigheid mogelijk is en de mens naast betekenisgever ook ontvanger van betekenis is.
Het ”mysterie” van Gods tegenwoordigheid laat zich ook met zintuigen ervaren, schrijft Boersma. Op dit punt moet met name de protestantse theologie in de spiegel kijken. Volgens Gerrit Immink heeft de protestantse „argwaan” geleid „tot een verregaande onttovering van kerkelijke praktijken”. Door de werking van de Heilige Geest te verinnerlijken en te vergeestelijken, is de protestantse geloofspraktijk veelal gereduceerd tot een symbool tussen God en de individuele gelovige. Het ontbreken van de ”reële gemeenschap” met Christus in het leven van alledag, meent Immink, leidt tot verdere verwatering en secularisatie van het geloofsleven.
Kerkelijke liturgie
Een sacramentele heroriëntatie hangt samen met een houding die met name in de wijsheidsliteratuur wordt aangeduid als ”de vreze des HEREN” (Spreuken 1:7). De vreze des HEREN leidt via verwondering tot kennis over de werkelijkheid. Ze vraagt naar het ”wie” en het ”waartoe” van de dingen. Iemand die vervuld is met de vreze des HEREN bekijkt de wereld als een plaats waarin alles ‘spreekt’ van Gods grootsheid, voorzienigheid en goedheid.
Theologie heeft hierin een belangrijke functie: ze wijdt mensen in het heilige mysterie van God in deze wereld in. Theologie spoort ons aan om deze wereld met verwondering en dankbaarheid te benaderen. Een prachtige voorzet, waarin verwondering praktijk wordt, geeft Tish Warren in haar boek ”Liturgie van het alledaagse”. Ze plaatst het alledaagse in het licht van de kerkelijke liturgie, waarin deze het betekenis gevende kader vormt om de beslommeringen van dag tot dag te verstaan.
Omgang
Het heilige laat zich verstaan als een relationeel begrip dat uitdrukking geeft aan een in de schepping gegeven wederkerigheid: daarin is God merkbaar aanwezig en laat Hij zich ontmoeten. In het heilige komen we Gods heiligende, herscheppende tegenwoordigheid op het spoor, die deze aarde bewoonbaar maakt. Het gemis van onze tijd heeft alles te maken met een levenswijze waarin we deze wederkerigheid uit het oog zijn verloren. Zonder externe bron van betekenisgeving ontbreekt het moderne mensen aan oriëntatie en richting.
Dit vraagt om een bepaalde houding en activiteit van de mens: de vreze des HEREN. De Heilige laat zich niet kennen als we van een afstand kijken, maar door Hem te naderen en omgang met Hem te hebben. Daarom hebben mensen heilige plaatsen, dingen en tijden nodig om hun leven bij vernieuwing te oriënteren op God.
Goede theologie wil hieraan bijdragen door aandacht te vragen en gevoeligheid te trainen voor een benadering van het leven in relatie tot God als de Heilige, vanuit Wie de hele schepping betekenis en samenhang ontvangt.
De auteur is lector Theologie aan de CHE. Dit artikel is een samenvatting van de lectorale rede die hij op 14 juni uitsprak ter gelegenheid van zijn installatie. De rede had als thema: ”Verlangen naar het Heilige. Op zoek naar heiligheid in een onthechte wereld”.