Weinig Amerikaanse presidenten nemen huwelijkstrouw serieus
Wat er ook waar is van de beschuldiging dat Donald Trump gerommeld heeft met het wegboeken van het zwijggeld dat hij een pornoster betaalde, duidelijk is wel dat hij het niet zo nauw nam met zijn huwelijkstrouw. Hij heeft verschillende relaties en affaires gehad. Moet zo iemand de leider van het land zijn, vragen sommige commentatoren zich af.
Die vraag is zeker terecht. Het is daarom onbegrijpelijk dat conservatieve Amerikanen die pleiten voor een moreel reveil het gedrag van hun kandidaat, Donald Trump, min of meer door de vingers zien.
Wie echter een blik werpt in de geschiedenis van de Amerikaanse presidenten zal heel snel constateren dat huwelijksontrouw en overspel onder hen geen zeldzaamheid zijn. Dat is vanzelfsprekend geen rechtvaardiging, maar biedt wel een verklaring voor het feit dat conservatieve en ook christelijke kiezers dit gedrag van een president feitelijk accepteren.
Zomaar enkele voorbeelden. Dat Bill Clinton een affaire had met Monica Lewinsky zullen veel mensen zich nog herinneren. Het scheelde niet veel of dat leidde tot zijn afzetting.
Ouderen herinneren zich ook nog wel dat voor de populaire John F. Kennedy geen vrouw veilig was. Algemeen is ook bekend dat president Franklin D. Roosevelt, die de VS en de wereld leidde in de strijd tegen het nazisme, jarenlang een affaire had met zijn secretaresse Lucy Mercer.
Deze affaires waren zo breed bekend dat ze de omschrijving “publiek geheim” verre overstegen. Zelfs de roddelpers besteedde er betrekkelijk weinig aandacht aan, omdat „er weinig meer was te onthullen, vrijwel alles was breed bekend,” zo schreef later de redactie van roddelmagazine Cosmopolitan.
Glibberig
Minder bekend in Nederland is dat de alom gerespecteerde generaal Eisenhower, die van 1953 tot 1961 president van de VS was, ook het glibberige pad van huwelijksontrouw heeft gekozen en zijn huwelijksbelofte aan Mamie Geneva Doud schond.
In de jaren dat Eisenhower in Europa de geallieerde strijdkrachten leidde om Europa van de Duitse bezetting te bevrijden, had hij de Ierse Kay Summersby als chauffeur en secretaresse. Maar al snel gingen de geruchten dat er meer tussen hen speelde dat een strikt zakelijke werkrelatie.
Feit is dat Eisenhower na de oorlog overwoog van zijn Mamie te scheiden om Kay te huwen. Toen hij dit voorlegde aan zijn superieur, George Marshall, antwoordde die onomwonden dat hij Eisenhower dan „persoonlijk uit het leger zou trappen.” Eisenhower bond in. Hij bleef bij Mamie en zijn familie, vrienden en relaties ontkenden nadien de beweringen van Kay Summersby dat er iets tussen haar en de generaal was geweest. En met succes; de geruchtenstroom droogde op. In 1952 werd Eisenhower gekozen tot president.
Het stilzwijgen werd pas zes jaar na het overlijden van Eisenhower doorbroken. In 1975 publiceerde Kay Summersby haar memoires met als titel: Past Forgetting: My Love Affair with Dwight D. Eisenhower. Uit de brieven die in de memoires zijn opgenomen blijkt er toch meer aan de hand te zijn geweest dan velen hadden gedacht en gehoopt.
Roddelpers
Michael Duffy, kenner van de Amerikaanse presidentiële geschiedenis, zegt: „Veruit de meerderheid van de Amerikaanse presidenten is over de schreef gegaan. Eigenlijk is er maar één president van wie we helemaal zeker weten dat hij trouw is gebleven aan zijn vrouw. Dat is Barack Obama. Wat de roddelpers ook heeft nageplozen, en wat zijn politieke opponenten ook hebben gezocht, er is geen enkel spoor gevonden dat erop wijst dat hij op het terrein van huwelijkstrouw een misstap heeft begaan.”
Een tweede naoorlogse president waarvan Duffy denkt dat die zijn vrouw trouw bleef, is Jimmy Carter, de Democratische president die van 1977 tot 1981 aan de macht was. „Ik denk dat hij geen enkele affaire heeft gehad.”
Toch zijn er Amerikanen die hem op dit punt wantrouwen. Dat heeft Carter enigszins aan zichzelf te danken. In een interview met het mannentijdschrift Playboy sprak Carter over de „boze begeerten en lusten” die er in zijn hart leefden.
„Zeker christenen moeten weten wat Carter, zelf overtuigd baptist, hiermee bedoelde,” zegt Corwin Schmidt, emeritus hoogleraar politicologie van Calvin University. „Het is opvallend dat vooral ook conservatieve evangelicals, die de Democraat Carter toch al niet vertrouwden, deze uitspraak aangrepen om hem in diskrediet te brengen. Juist zij zouden moeten weten dat de Bijbel leert dat elk mens zondaar is en geneigd is het kwaad te zoeken. Jezus Zelf heeft gezegd dat wie een vrouw aanziet om te begeren in zijn hart al overspel heeft begaan. Dat heeft Carter bedoeld. Ik vind het nog steeds onbegrijpelijk dat ze hem om deze uitspraak afgeschreven hebben.”
Schmidt deelt ook het positieve oordeel van Duffy over Obama. „Ik ben politiek gezien heel kritisch op Obama. Maar voor zijn leven als echtgenoot en huisvader, heb ik groot respect. Helaas kan dat van de meeste andere presidenten niet worden gezegd. Het is triest, maar Trump is geen uitzondering.”
Meld je aan voor de gratis nieuwsbrief RD Amerika en ontvang iedere week extra achtergronden en duidingen rondom de presidentsverkiezingen.