Zaak Griekse ‘onderwereldbankier’ in augustus behandeld
De strafzaak tegen de 52-jarige Griek Thanas B., die verdacht wordt van het crimineel ondergronds bankieren van honderden miljoen euro’s, wordt op 22 augustus behandeld. Dat werd donderdag duidelijk tijdens een niet-inhoudelijke zitting in de rechtbank in Rotterdam.
Eind vorig jaar bekeken B. en het Openbaar Ministerie de mogelijkheid of er afspraken te maken waren over een mogelijke straf. Dat is tot nu toe niet gelukt. Mocht dat uiteindelijk toch gebeuren, dan moet de rechtbank nog wel beslissen of ze daarmee akkoord gaan.
B. werd op 31 mei op verzoek van Nederland in Athene aangehouden en sinds begin augustus zit hij in een Nederlandse cel. De man zou via cryptocommunicatie een koeriersnetwerk in Nederland hebben aangestuurd dat voor een kwart miljard euro aan contante geldbedragen voor criminelen heeft verplaatst. Dat zou zijn gebeurd in de periode tussen juni 2020 en maart 2021.
Tegen vermeende leden van dat koeriersnetwerk zijn half maart straffen geëist tot negen jaar cel. De rechtbank Den Bosch doet later deze maand uitspraak in deze zaak.
De advocaat van B. had eerder al aangegeven dat zijn cliënt absoluut niet „de bankier van de onderwereld” is. Volgens hem is de zaak behoorlijk opgeblazen.