S. (66) is ernstig ziek en meent dat hij een verblijf in de cel niet verdraagt. De rechtbank legde hem in 2019 vier jaar en drie maanden cel op. Hij kwam na enkele maanden voorarrest voorlopig op vrije voeten. S. heeft volgens de rechtbank een sleutelrol gespeeld in de ontvoering, die in opdracht van de vader van Insiya met militaire precisie zou zijn voorbereid. Ook de dochter van S. is verdachte in de zaak.

Het meisje werd in september 2016 met geweld weggehaald uit het huis van haar oma in Amsterdam-Oost. Zij was toen twee jaar oud. Via Duitsland is zij naar India overgebracht, waar zij nog steeds verblijft. Haar vader, de 44-jarige Shehzad H., is bij verstek in Nederland berecht. In hoger beroep heeft het Openbaar Ministerie in april negen jaar cel tegen hem geëist. Tegen Erik S. luidde de eis vijftig maanden.

De moeder van Insiya, Nadia Rashid, strijdt al jaren voor een terugkeer van haar dochter naar Nederland. Zij voerde talloze gerechtelijke procedures tegen haar ex-man H., ook om contact te kunnen houden met haar dochter. Ter zitting van het hof heeft zij uiteengezet dat dat contact door toedoen van H. er niet of nauwelijks is. Alleen Rashid heeft het ouderlijk gezag over het kind, vader H. verloor dat via een van de procedures.

Het onderzoek naar de detentiegeschiktheid van verdachte S. was het laatste onderdeel van het proces in hoger beroep. Het hof zal uitspraak doen op 13 mei.