BBB benoemt wat anders moet, maar heeft geen oplossingen
De formerende partijen PVV, VVD, NSC en BBB wagen van tijd tot tijd al een poging een stempel te drukken op het lopende kabinetsbeleid. Met de nadruk op wagen, want tot nu toe lukte dat zegge en schrijve slechts één keer. Na een eensluidend ’’nee’’ van PVV, VVD, NSC en BBB tegen de Europese natuurherstelwet veranderde kabinet-Rutte IV van koers.
Veel vaker is een ogenschijnlijke eensgezindheid tussen de vier echter van korte duur en weten zij geen richting te geven aan het demissionaire kabinet. Prangend voorbeeld: ruim een week terug leken PVV, VVD, NSC en BBB zich eendrachtig te keren tegen het voornemen van landbouwminister Adema om een nieuwe opkoopregeling op te tuigen, als een van de vele maatregelen tegen de mestcrisis die melkveehouders op zich af zien komen. Intussen heeft alleen BBB die optie resoluut taboe verklaard.
Adema sprak klare taal toen hij waarschuwde dat Nederland zijn krediet in Europa heeft verspeeld en er niet op moet rekenen dat Brussel de boeren opnieuw mestderogatie geeft. Toen hij schreef zijn crisisplan naar buiten te hebben gebracht om agrarische bedrijven in staat te stellen beslissingen te nemen over hun toekomst, werd de ondertoon van zijn woorden zelfs somber en dreigend. De minister noemde drie opties: aanpassen aan de wettelijke normen, extensiveren of stoppen. Hij zei daarmee met zoveel woorden te vrezen dat de intensieve veehouderij in Nederland zijn langste tijd heeft gehad.
Toch denkt BBB dat er nog een alternatieve route mogelijk is. Zondag kondigde BBB-leider Van der Plas aan zelf naar Brussel te zullen gaan voor een gesprek met verantwoordelijk Eurocommissaris Sinkevičius. Dat riekt naar een campagnestuntje met het oog op de komende Europese verkiezingen.
Daarnaast doet BBB het voorkomen dat Adema de consequenties die Europa gaat verbinden aan een Nederlands besluit om de mestregels minder strikt te handhaven dan Brussel eist, overdrijft. Een duidelijker motie van wantrouwen aan het adres van de minister is moeilijk voorstelbaar. Overigens heeft de partij zeker een punt als ze wijst op onderzoeken die geen verband weten te leggen tussen mestderogatie en waterkwaliteit. En dat boeren die worden gekort op het uitrijden van dierlijke mest moeten terugvallen op kunstmest, die nog milieuonvriendelijker is, steekt al helemaal als een graat in de keel.
Verder heeft het er echter veel van weg dat het mestdossier voor BBB een testcase wordt om te zien hoe het besturen op basis van een hoofdlijnenakkoord, met steeds wisselende meerderheden, bevalt. BBB mag zich dan naar de zijlijn manoeuvreren, de partij belet VVD en NSC niet straks met GL-PvdA, D66 en CDA een gelegenheidscoalitie te vormen die de crisismaatregelen van Adema aan een meerderheid helpt.
Blijkbaar wil BBB nog steeds te boek staan als de partij die vooral benoemt wat er anders moet, maar geen oplossingen in petto heeft. Dat is een gemiste kans.