Waarom we toch blijven vliegen ondanks schaamte
Vliegschaamte blijft een dingetje; van de 18- tot 65-jarigen heeft een op de vijf er last van. Waarom blijven we vliegen, terwijl we weten dat het schadelijk is voor het klimaat?
Vliegschaamte. Het woord belandde enkele jaren geleden in ons woordenboek om de schaamte over vliegen uit te drukken; vliegen is slecht voor het milieu. Zowel jong als oud worstelt ermee, hoewel jongeren tot 35 jaar nog iets vaker vliegen dan ouderen, bleek woensdag uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. „Mensen zitten in een vliegtuig en zeggen tegen elkaar: eigenlijk moeten we dit niet doen”, schetst Roos Vonk, hoogleraar sociale psychologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen het dilemma.
„Het is het verschil tussen wat je zegt en wat je doet. Ons menselijk brein vindt dat ingewikkeld. Vaak zie je dat het eigenbelang wint en men toch gaat vliegen.” Volgens Vonk komt dat door „een verwend kleutertje in ons dat slim zijn zin krijgt. Vervolgens bedenk je smoesjes waarom het niet erg is dat je toch vliegt. „Als alleen ik niet zou vliegen, verandert het klimaat echt niet”, hoor je dan. Of: „Het is maar een druppel op de gloeiende plaat’.’
Ergens is dat begrijpelijk, meent Vonk: „Je ziet namelijk niet meteen de schade die je veroorzaakt als je het vliegtuig instapt. Als je dat directe gevolg wél zou zien, zou dat veel uitmaken in je keuze om wel of niet te gaan vliegen.”
Dat laatste onderschrijft filosoof Naomi van Steenbergen van de Universiteit Utrecht. „Je kunt aan je vlucht een CO2-uitstootcijfer hangen, maar wat zijn de precieze gevolgen dan? Het blijft ongrijpbaar, waardoor je sneller geneigd bent te blijven vliegen.”
Vonk: „We komen uit een tijd waarin we op relatief kleine schaal leefden en gevolgen van ons gedrag al vrij snel zichtbaar werden. In de huidige globalisering wordt dat steeds moeilijker. Het kan zijn dat bij jongeren het eigenbelang nog iets sterker telt in de keuze voor vliegen, omdat het deel van hun brein voor het kunnen overzien van de lange termijn nog niet volgroeid is. Zij balen: „Het klimaat is verpest voor ons en nu moeten wij zeker afzien van alle leuke dingen die jullie wel hebben gedaan”, zeggen ze dan. Maar denk niet dat het alleen aan hen ligt, het is iets typisch menselijks. En als je die ene reis gemaakt hebt, smaakt dat al gauw naar meer. Zo rollen we met z’n allen de afgrond in.”
Hoe ga je hier verstandig mee om? „Wees trouw aan je eigen waarden” adviseert Vonk. „Als je gelooft dat het klimaat belangrijk is, ga je daar passende keuzes bij maken. Zet voor jezelf op een rij wat je belangrijkste overtuigingen zijn. En herinner jezelf daar af en toe eens aan. Zo blijf je trouw aan jezelf. Noteer bijvoorbeeld hoe je je kinderen later wilt uitleggen welke keuzes je hebt gemaakt.”
Van Steenbergen is het daarmee eens en vult aan: „Vraag je ook af wat het doel is van je reis. Gaat het om een alternatieve locatie waarvoor je niet per se hoeft te vliegen, een recreatieve stedentrip bijvoorbeeld? Of een verre bestemming die heel belangrijk is voor je in verband met bijvoorbeeld familiebezoek of een stage? Zo kun je duidelijke afwegingen maken.”
Daarnaast ligt er een opdracht voor de samenleving als geheel, vindt Vonk. „Het economische systeem is er nu op gericht vliegen zo makkelijk en goedkoop mogelijk te maken. Dat aanpassen is nog veel belangrijker.” Van Steenbergen: „Gek genoeg draait de discussie te vaak om het individuele besluit om te vliegen, maar je moet uitzoomen en je afvragen waarom het nog vaak veel aantrekkelijker is om te vliegen dan om de trein te pakken.”
De discussie bij vliegschaamte moet veel meer gaan over hoe we onze maatschappij hebben ingericht
Welke opties heb je, als je maar een weekje vrij hebt en weinig te besteden? „Dan is een goedkope en snelle vliegreis al gauw verleidelijk. De discussie bij vliegschaamte moet daarom veel meer gaan over hoe we onze maatschappij hebben ingericht.”
Het systeem veranderen is nog wel een opgave, beseft Vonk. „Mensen blijven namelijk stemmen op partijen die het leuke verhaal vertellen dat er niets zou hoeven te veranderen aan je gedrag. De winst bij de laatste verkiezingen ging naar de partij die in feite het hele klimaatprobleem ontkent. Zo’n sprookjeswereld willen we allemaal wel, maar dat is gewoon niet waar.”
Om dat tij te keren moet de overheid veel meer in de benen komen om goede voorlichting te geven, vindt de hoogleraar. „Dat heeft ze de afgelopen twintig jaar verzaakt. In de coronacrisis waren ook maatregelen nodig die toegelicht moesten worden. Dat moeten we ook rond klimaatverandering doen, zodat het beter tussen de oren komt. Je kunt anders wachten op de volgende ramp om te concluderen dat we eerder in beweging hadden moeten komen. En dan is het misschien te laat.”