Cultuur & boekenTweede Wereldoorlog

Corien van Zweden: Ik stam af van moedige, rechtlijnige mensen die zo graag psalmen zongen 

In haar kinderdromen zag ze bommen uit vliegtuigen vallen. „De oorlog was er altijd”, schrijft de Amsterdamse journalist Corien van Zweden (1962) in haar boek ”Het geloof van mijn vader”. De dagboeken die vader Kees bijhield brachten haar dichter bij haar roots in Den Helder.

22 March 2024 13:31
Corien van Zweden: „Ik mag hopen dat ik een beetje op mijn grootvader lijk.” beeld RD, Anton Dommerholt
Corien van Zweden: „Ik mag hopen dat ik een beetje op mijn grootvader lijk.” beeld RD, Anton Dommerholt

Corien van Zweden herinnert zich nog goed hoe haar vader bijna dagelijks achter zijn eikenhouten bureau op zijn typemachine zat te tikken. Op de plank naast het bureau groeide het aantal grijsgewolkte ordners met zijn dagboekaantekeningen. „Het geratel van de typemachine is het geluid van mijn kinderjaren.”

Bij zijn dood in 2011 liet Kees van Zweden 33 ordners na met een slordige 6000 pagina’s waarop hij in 3 miljoen woorden alles had vastgelegd wat hem in de afgelopen 55 jaar had beziggehouden. Precies, weloverwogen en vooral betogend.

„Doe ermee wat je wilt”, zei hij kort voor zijn sterven tegen zijn dochter Corien.

Het zou nog tien jaar duren voordat zij serieus in de dagboeken ging lezen. Maar toen kreeg het verleden haar ook stevig in de greep. Ze wilde vooral meer weten over haar grootvader Jaap, die ze alleen kende uit één mythisch verhaal dat vaak in de familie werd verteld. Dat van zijn arrestatie in het najaar van 1943.

Van Zweden beschrijft de geschiedenis van haar grootvader beeldend in de proloog van haar boek. Jaap was op 26 augustus 1943 bij zijn werk op de marinewerf in Den Helder betrapt op het luisteren naar de verboden Engelse zender en op staande voet ontslagen. Hij mocht naar huis, maar nam het zekere voor het onzekere en dook onder bij behulpzame kennissen. Halverwege september was hij echter weer even thuis, omdat zijn gezin werd gestraft met een gedwongen evacuatie uit Den Helder. Jaap hielp die dag met inpakken en opruimen.

Tijdens het avondeten ging de deurbel. Twee Helderse politiemannen kwamen Jaap arresteren. Jaap bleef uiterst kalm. Hij vroeg of hij eerst de maaltijd met zijn gezin mocht beëindigen en at rustig zijn bord leeg. Daarna pakte hij, naar gewoonte, de zwarte trouwbijbel en begon Psalm 121 te lezen. Ten slotte droeg hij zijn gezin aan in gebed op aan God. Na het amen ging hij met de agenten mee.

Door mijn zoektocht kreeg ik het gevoel dat ik mijn grootvader beter heb leren kennen, dat ik nu echt een opa heb van wie ik kan houden

Wat zegt dit verhaal over uw grootvader?

„Deze gebeurtenis typeert hem. Omdat hij een rotsvast geloof had kon hij in deze moeilijke situatie zo rustig blijven. Hij was er ook stellig van overtuigd dat Hitler met het vervolgen van de Joden tegen Gods wil inging en dat verzet geboden was. Dat zal hij ook in de gereformeerde Bethelkerk van Den Helder hebben meegekregen.

Die overtuiging zat heel diep bij hem en daar handelde hij ook naar. Zelfs toen hij als een gebroken man uit de strafgevangenis van Kleve terugkwam, ging hij gewoon verder met het verspreiden van de verzetskrant Trouw. Daarbij schakelde hij ook zijn kinderen in. Hij moet geweten hebben dat hij daarmee het geluk van het gezin op het spel zette, maar verzet was voor hem vanzelfsprekend. In een oorlog, waarin alles op scherp staat, zijn mensen die weten wat ze moeten doen, de rust bewaren en in actie komen goud waard.”

De dagboeken van de vader van Corien van Zweden. beeld RD, Anton Dommerholt

Wat wist u nog meer van uw grootvader?

„Niet zo heel veel. Hij was altijd een schim voor me, iemand die in de familie een soort heldenstatus had; iemand die in de oorlog aan de goede kant stond en gevangen had gezeten. Maar behalve dat ene verhaal van zijn arrestatie wist ik maar heel weinig over zijn leven. Andere familieleden wisten ook niet precies wat mijn grootvader in zijn gevangenschap allemaal had meegemaakt. Er werd nauwelijks over gesproken en zelfs van het dagboek van mijn vader werd ik op dit punt niet veel wijzer.

Daarom ben ik zelf op onderzoek uitgegaan. Ik ging naar Den Helder, waar mijn opa op de marinebasis als ernstvuurwerker met munitie werkte, naar de rechtbank in Utrecht, waar hij werd veroordeeld, naar de gevangenis Wolvenplein, waar hij een deel van zijn straf uitzat. In allerlei archieven zocht ik naar sporen van mijn grootvader en met mijn tante Betsy, een zus van mijn vader, haalde ik in Canada herinneringen aan vroeger op.

En ik ben in Kamp Vught geweest, waar mijn opa in voorarrest zat en stenen moest sjouwen. Al na elf dagen belandde hij daar vanwege de onmenselijke omstandigheden totaal gesloopt in de ziekenbarak.

Zijn medische dossier heb ik teruggevonden. Het is pijnlijk om te beseffen dat de nauwkeurigste bron over het leven van mijn grootvader door de nazi’s is geschreven. Van dag tot dag werd zijn situatie bijgehouden. Terwijl buiten de ziekenbarak een mensenleven in het kamp niet telde.”

Hoe kijkt u nu aan tegen uw grootvader?

„Door mijn zoektocht kreeg ik het gevoel dat ik hem beter heb leren kennen, dat ik nu echt een opa heb van wie ik kan houden; geen personage in een verhaal, maar een echt mens. Pas tijdens het schrijven van dit boek ben ik hem voor mezelf opa Jaap gaan noemen. Hij heeft veel indruk op me gemaakt. Wat ik over hem te weten kwam paste als puzzelstukjes bij het verhaal van zijn arrestatie. Ik mag hopen dat ik een beetje op hem lijk. Dat je in moeilijke omstandigheden zó de rust kunt bewaren, niet alleen voor jezelf, maar ook voor de mensen om je heen. Want dat vond ik ook zo fascinerend: tijdens bombardementen op Den Helder kwamen allerlei mensen uit de buurt schuilen bij de Van Zwedens, in het eenvoudige rijtjeshuis aan de Bothastraat. Blijkbaar hadden de mensen het gevoel dat ze daar veilig waren, terwijl mijn grootvader maar een heel gewone man was met alleen lagere school. Hij had niet gestudeerd, maar hij was wel een man uit één stuk.”

Corien van Zweden. beeld RD, Anton Dommerholt

Uw vader maakte de oorlog mee als kind. Wat heeft die periode met hem gedaan?

„Van tante Betsy hoorde ik dat mijn vader voor de oorlog een vrolijk en onbesuisd jongetje moet zijn geweest. Daarna werd hij ernstig, tobberig en serieus. De bombardementen op Den Helder zijn een traumatische ervaring voor hem geweest en hebben hem beschadigd. Hij schrijft daar ook over in zijn dagboeken: „Ik denk dat ik de mentale gevolgen van die oorlogsnachten nooit echt te boven ben gekomen. Ik ben in vele opzichten een neuroot geweest en ik voel de weerzinwekkende gevolgen nog altijd, diep bedolven, op de bodem van m’n ziel.” Hij kreeg ook steeds vaker hevige migraineaanvallen, die hem ernstig belemmerden bij zijn werk als redacteur bij dagblad Trouw.”

Voor mijn vader zijn de oorlog en het geloof ontzettend met elkaar verknoopt geraakt

Uw vader schrijft: „Er is in dit dagboek geen ander brandpunt dan geloof.” Hoe ziet u dat?

„Aanvankelijk verbaasde mij dat, want ik had de indruk dat hij vooral over de oorlog schreef. Daar was hij bijna obsessief mee bezig. Van het eerste geld dat hij na de oorlog verdiende met het bezorgen van Trouw kocht hij een fotoboekje over de concentratiekampen. Hij was toen 16 jaar. Als redacteur besprak hij later alle boeken die over de Tweede Wereldoorlog verschenen.

Maar voor mijn vader zijn de oorlog en het geloof ontzettend met elkaar verknoopt geraakt. Als kind heb ik dat wel gevoeld, maar nooit begrepen.

Corien van Zweden met een van de dagboekordners van haar vader. beeld RD, Anton Dommerholt

In zijn dagboeken viel me op dat hij al op vrij jonge leeftijd in conflict kwam met het geloof waarmee hij was opgevoed. Hij was sterk rationeel ingesteld en bleef maar rondcirkelen om de grote vragen waarvoor de oorlog hem plaatste. Als God goed is en almachtig, waarom liet Hij dan toe dat de nazi’s op zo’n grote schaal zulke gruwelijkheden konden plegen? Daarom had hij ook vragen bij de gebedsverhoring die zijn vader in de gevangenis van Kleve had ervaren. Totaal uitgehongerd had mijn opa op een dag God gesmeekt om een stukje brood. Met de waterige soep die werd uitgedeeld schepte de bewaker juist die dag een korst brood in zijn kom. Maar, dacht mijn vader, hoe zit het dan met al die andere gevangenen die evenmin genoeg te eten kregen? Waarom liet God hen verhongeren? En wilde hij met zo’n God wel iets te maken hebben? Met die vragen heeft hij zich zijn leven lang beziggehouden.”

Toch nam uw vader niet radicaal afstand van het geloof.

„Hij bleef met deze problematiek worstelen, hij wilde het begrijpen. Mijn vader kon het geloof niet loslaten, zoals een stroom mensen na de oorlog dat wel deed. In zijn dagboeken komen die indringende geloofsvragen steeds weer aan de orde.

Ik wilde het theologische probleem waarmee mijn vader worstelde voor hem oplossen

Zelf kreeg ik dat theologische probleem mee als een onoplosbaar gegeven. Het was de lucht die ik inademde. Misschien is dat de reden geweest waarom ik theologie ben gaan studeren; om antwoorden te krijgen op de vragen die mijn vader had, om ze voor hem op te lossen. Toen ik werkte aan dit boek, sprak ik er mijn tante Betsy in Canada over. Zij wist dat mijn vader zijn hele leven had geworsteld met geloofsvragen. Ze zei heel rustig: „Ik begrijp ook niet hoe het zit. Maar er zijn zo veel dingen die ik niet begrijp, ik laat dit aan God over. Ik heb er geen last van.” Ik weet nog dat ik dacht: o ja, zo kun je het ook zien. Zo had ik er niet eerder tegen aangekeken.”

Wat heeft uw zoektocht naar het verleden u gebracht?

„De trauma’s die mijn vader had opgelopen, werkten ook door in mijn leven. In mijn kinderdromen zag ik soms bommen uit vliegtuigen vallen, terwijl ik de oorlog niet zelf heb meegemaakt. Net als mijn vader had ik ook last van migraineaanvallen.

Het schrijven van het boek is op een bepaalde manier ook therapeutisch geweest, de dingen vielen op hun plek. Ik ben beter gaan begrijpen hoe mijn vader de oorlog heeft ervaren en hoe dat zijn leven stempelde. Hij had bijvoorbeeld een grondige hekel aan Den Helder, hij ging er altijd met grote tegenzin naartoe.

Tegelijk heb ik me bij het schrijven van dit boek vaak gerealiseerd dat ook vandaag weer mensen getraumatiseerd raken en dit aan hun kinderen en kleinkinderen zullen doorgeven. In Oekraïne, in Gaza en op heel veel andere plekken in de wereld. Dat er over tachtig jaar mensen over de oorlogen van dit moment zullen praten zoals wij nu doen over de Tweede Wereldoorlog – dat is verbijsterend en ontmoedigend.

Maar mijn zoektocht heeft me ook verrijkt. Ik begrijp nu beter waar ik vandaan kom. Voor het eerst in mijn leven heb ik zelfs een beetje dat gevoel dat ik afkomstig ben uit een ernstvuurwerkersgeslacht uit Den Helder. Het is alsof ik dieper ben geworteld. Ik stam af van moedige, rechtlijnige mensen die zo graag psalmen zongen.”

Het geloof van mijn vader. God en de oorlog in drie generaties , Corien van Zweden; uitg. De Bezige Bij; 288 blz; € 21,99

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer