Het ministerie van Industrie en Informatietechnologie heeft de Chinese autofabrikanten eerder dit jaar al opgeroepen om het gebruik van Chinese chips uit te breiden. Daarbij zou een informeel doel zijn gesteld voor de autofabrikanten om in 2025 een vijfde van hun chips lokaal te kopen. Het ministerie is echter ontevreden over het tempo waarin de buitenlandse aankopen worden vervangen door binnenlandse aankopen. Het ministerie geeft bedrijven nu rechtstreeks de opdracht om „indien mogelijk” buitenlandse halfgeleiders te vermijden.

De Chinese richtlijn zorgt voor onzekerheid bij westerse chipmakers als het Nederlandse NXP en branchegenoten Nvidia, Renesas Electronics en Texas Instruments. Die concurreren in China met lokale bedrijven om de grootste markt van elektrische auto’s ter wereld te voorzien van chips. Zo slaagde een buitenlandse chipmaker er onlangs niet in om een contract binnen te slepen van een groot Chinese automerk, ondanks dat de aangeboden prijs 30 procent lager lag dan die van de uiteindelijke winnaar. Buitenlandse chipbedrijven kunnen wel hun chips verkopen als die zijn gemaakt door lokale bedrijven als SMIC en Hua Hong Semiconductor.

De ontwikkelingen tonen de inspanningen van China om zijn eigen technologiesector te stimuleren, in een reactie op de Amerikaanse sancties. De Verenigde Staten beperken de export van de meest geavanceerde chips en chiptechnologieën naar China, omdat de Amerikaanse regering bang is dat China de chips en technologieën gebruikt voor militaire doeleinden. Ook chipmachinefabrikant ASML mag daardoor meerdere van zijn geavanceerde machines niet meer leveren aan Chinese bedrijven.