Volgens de Bovag kunnen bestaande ondernemers vaak niet op tegen deze beginnende prijsbrekers, die meestal ver onder de kostprijs van gevestigde rijschoolhouders opereren. Een woordvoerder zegt dat de organisatie van plan is bij gemeenten en het ministerie van Sociale Zaken aan de bel te trekken over deze ongewenste ontwikkeling. „De branche zit niet te wachten op nieuwe gesubsidieerde rijschoolhouders.”

De Bovag ergert zich vooral aan startsubsidies van gemeenten aan ontslagen rijinstructeurs in de bijstand. Volgens een woordvoerder van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is het echter „een taak van de gemeenten om mensen een kans te bieden.”

Volgens een woordvoerder van het ministerie van Sociale Zaken wordt wel degelijk naar de marktsituatie gekeken als een uitkeringsgerechtigde aan het werk probeert te komen als zelfstandige. „Het maakt niet uit of iemand een rijschool wil beginnen, een klussendienst, een glazenwassersbedrijf of een tekstbureautje, er moet een startersplan komen.”

Niet alle werkloze rijinstructeurs ontvangen bijstand. Een deel krijgt een WW-uitkering, die wordt verzorgd door uitkeringsinstantie UWV. Volgens de Bovag stelt UWV deze mensen in staat om zeker in het begin zeer concurrerend te werken. „In het ergste geval helpen zij een bestaande rijschool om zeep en kan de hele carrousel weer opnieuw beginnen”, aldus de Bovag-zegsman. Volgens een woordvoerster van UWV mogen mensen inderdaad naast hun WW-uitkering werken. Dit wordt vervolgens afgetrokken van de uitkering.

De Federatie Autorijschool Management (FAM) vreest dat prijsgevechten geen voordeel zullen opleveren voor de klant. Volgens voorzitter Kant worden er al rijlessen gegeven voor minder dan 25 euro, terwijl de gangbare prijs rond de 40 euro per uur ligt. Hij denkt dat dit ten koste zal gaan van de kwaliteit van de rijlessen. Het is volgens hem bovendien maar de vraag is of examengaranties door de prijsvechters kunnen worden nagekomen.