De vraag: Hoe krijg ik mijn man aan het praten over het geloof?
Ik moet als vrouw steeds de kar trekken als het gaat om het gesprek over geloofszaken. Hoe kan ik ervoor zorgen dat mijn man ook wat vaker het initiatief neemt op dit gebied?
Voorleven
Hier klinkt een eenzame stem vanuit een huwelijk dat op zichzelf waarschijnlijk goed functioneert. Met alles wat je deelt, waar je over spreekt en waar je van houdt, is er toch één gebied dat vrijwel onbesproken blijft: de omgang met de Heere.Er bestaat een vreemd verschijnsel in onze subcultuur: het categorisch zwijgen over geloofszaken binnen huwelijksrelaties. We praten honderduit over de kinderen, het werk en de mogelijk aan te schaffen nieuwe keuken. Over de omgang met de Heere zwijgen we echter in alle talen. Zozeer, dat mensen op leeftijd soms geen idee hebben hoe de ander erin staat.
De basis van het geloofsgesprek ligt niet in bijzondere gebeurtenissen, maar in het gewone leven. Als dit gesprek ontbreekt, blijkt dat al snel. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting op zondag. Je bent als gezin naar de kerk geweest en rijdt naar huis. De tieners op de achterbank steken hun mening niet onder stoelen of banken. De nieuwe hoed van die en die „kan echt niet” en de gebruikte voorbeelden door dominee zus en zo zijn „weard”. Die tienerpraat hoort erbij, dat gaat wel over bij het ouder worden. Voorin wordt door het echtpaar de preek in een enkele zin samengevat. „Best duidelijke preek”, klinkt het dan. Of iets in de sfeer van: „Hij kan het goed uitleggen.” Nadat je bijzonder geraakt bent in de dienst: „Ik mag hem graag horen.” Daarmee is het onderwerp afgesloten. Thuis wacht de koffie. „Is er taart? Lekker!”
Wat een stil drama eigenlijk, als dit ons leven is. Het meest wezenlijke wordt verzwegen. Waar het hart naar uitgaat, blijft onbesproken. Of moeten we concluderen dat het hart niet naar de dienst van de Heere uitgaat? Dat kan ik niet altijd concluderen. Soms is er wel degelijk een hartelijk verlangen om de Heere te dienen, maar komt het er eenvoudigweg niet van om erover te spreken. We hebben er geen woorden voor. Of we zijn al zo vaak vastgelopen dat het niet meer lukt.
Je kunt een echtgenoot op dit punt niet veranderen. Wel kun je zelf de verandering voorleven die je verlangt te zien bij de ander. Niet door dominant en eisend het gesprek in die richting te buigen, met bijpassende teksten waarbij jij in de regierol zit. Wel door voorzichtig iets te delen van wat je bezighoudt en dan soms liefdevol de vraag te stellen aan die ander: „Hoe beleef jij dat nu?” Je moet je echtgenoot niet willen veranderen; dat red je niet. Bid dat hij veranderd wordt. Wat geloof je van het werk van de Heilige Geest? Je zult je erover verwonderen. Je man zal je de oren niet van het hoofd gaan praten, maar het slot gaat wel van de mond.
Ds. A.S. Middelkoop, predikant in de hersteld hervormde gemeente te Sint-Annaland