EU-leiders erkennen dat ze munitiebelofte Oekraïne niet nakomen
De Europese Unie is er niet in geslaagd om de munitie te verzamelen die zij Oekraïne had beloofd, erkennen demissionair premier Mark Rutte en andere EU-leiders. De 1 miljoen artilleriegranaten waar Oekraïne om zit te springen komen er niet voor eind maart, dat is volgens hen „de harde waarheid”.
Rutte en zijn collega’s uit Duitsland, Denemarken, Tsjechië en Estland geven in een ingezonden stuk in de Financial Times toe wat volgens deskundigen al lang vaststond. Het is de vraag of het doel überhaupt ooit haalbaar was, zei de Duitse defensieminister in november al. EU-leiders bleven het streven soms tegen beter weten in herhalen, al was het maar om de druk op de ketel te houden, zeggen EU-diplomaten.
Oekraïne heeft de munitie voor zwaar geschut hard nodig. Het heeft nauwelijks meer weerwerk tegen de Russische invasietroepen, die veel beter bevoorraad worden en Oekraïense stellingen blijven bestoken. Daarom moet de EU het er niet bij laten zitten, stellen de vijf EU-leiders in de Britse zakenkrant. „Onze inspanningen moeten niet afzwakken. We moeten onze vastbeslotenheid hernieuwen en onze inspanningen verdubbelen om te waarborgen dat we onze steun kunnen volhouden zolang dat nodig is. Hoe dat gebeurt is van minder belang.”
De EU-landen mogen Oekraïne niet in de steek laten, onderstreept het vijftal. Ook dwarsligger Hongarije en weifelende lidstaten niet. De opgave is zo groot „dat alle landen alles in het werk moeten stellen om Oekraïne te helpen - het moet een gezamenlijke inspanning blijven”.
De leiders buigen zich op de EU-top donderdag over extra hulp aan Oekraïne. Hongarije dwarsboomt niet alleen miljardenhulp om dat land overeind te houden, maar ook extra geld voor een fonds waaruit EU-landen wapenleveringen aan Oekraïne kunnen betalen.