Rusland opent dinsdag na een importstop van ruim zeven maanden weer de grenzen daarvoor. De sector vreest echter tijdrovende inspecties.

Op de bloemenveilingen in Aalsmeer en Honselersdijk komen elk twee inspecteurs, aldus een woordvoerster van het ministerie van Landbouw. Voor toezicht op de export op pootaardappelen, zaden, bloembollen en doorvoerproducten zoals tabak komt in de havens van Amsterdam en Vlissingen elk één inspecteur. Die zullen elke zending nakijken. Dat stemt de sector somber, die tijdrovende inspecties en daardoor capaciteitsproblemen vreest, stelde gisteren J. Lanning van het hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel.

De Russen sloten eind juni vorig jaar de grenzen voor bloemen en planten uit Nederland na de ontdekking van trips, een vliegje dat schadelijk kan zijn voor alle planten. Sinds december gold die importban ook voor groente, fruit, zaden en pootaardappelen.

Na maanden onderhandelen slaagde minister Veerman van Landbouw erin vorige maand in Berlijn met zijn Russische collega Gordeev overeenstemming te bereiken over een keuringsregime. Het bedrijfsleven draait op voor de kosten. Lanning heeft nog geen idee hoeveel die zullen bedragen. Ze vallen naar zijn zeggen echter duurder uit dan de kosten van de drie Japanse inspecteurs die permanent in Nederland zijn gestationeerd voor toezicht op de bloemenexport. „De Japanners kosten 45 euro per kwartier.”

Die keuringskosten zullen de bloemen in Rusland duurder maken en de concurrentiepositie van Nederland geen goed doen, vreest Lanning. Nederland is de grootste bloemenexporteur richting Rusland. Maandelijks is daarmee 10 miljoen euro gemoeid. De naaste concurrenten zijn Israël, Colombia, Ecuador, Kenia, Zimbabwe en Uganda.

Ook de bollensector kan vanaf volgende week weer zijn spullen in Rusland slijten, aldus de woordvoerster van Landbouw. Op dat vlak is Rusland echter een betrekkelijk kleine afnemer, met een aandeel van ruim 1 procent, maar het land is wel een groeimarkt. De VS, Japan en Duitsland zijn de grootste klanten.