Van Gogh zocht in Haagse volksbuurten voddenrapers

Van zijn oom Cor -kunsthandelaar- kreeg de jonge Vincent van Gogh opdracht om wat stadsgezichten te maken van Den Haag. Dat werd geen succes. Hij kreeg zijn geld, maar veel minder dan afgesproken, „met nog een soort standje op de koop toe: Dacht ik dat zulke tekeningen ook maar de minste handelswaarde hadden?”

11 February 2005 08:29Gewijzigd op 14 November 2020 02:13

Wie de wandeling ”In de voetsporen van Van Gogh” van Gemeentemuseum Den Haag maakt, kan zich wel iets voorstellen bij de norse reactie van de oom. In plaats van mee te liften op het succes van de mateloos populaire Haagse School zocht Van Gogh inspiratie in onooglijke stadstaferelen en schrijnende armoede.

Van Gogh had al vier jaar in de kunsthandel van zijn oom Cent in Den Haag gewerkt -de vermaarde firma Goupil- toen hij er in 1881, na omzwervingen in Engeland en België, terugkeerde. Hij wilde nu zelf kunstenaar worden en ging in de leer bij zijn aangetrouwde neef Anton Mauve, een vooraanstaand vertegenwoordiger van de Haagse School. Ook met andere leden van deze schildersschool had Van Gogh contact: Weissenbruch, Blommers, Breitner.

De Haagse School specialiseerde zich in landschappen en het alledaagse leven van vissers en boeren in de omgeving van Den Haag en Scheveningen. Daarbij speelde de weergave van de sfeer en het licht een grote rol. Van Gogh bewonderde hen en liet zich ook door hen beïnvloeden.

Toch was hij te eigenzinnig om echt in hun voetsporen te treden. Hij hield van het realisme en de losse penseelvoering van de Haagse School, maar de dromerige stemming die de schilderijen kenmerkte, was hem te liefelijk.

Veel sterker voelde hij zich aangetrokken tot de zelfkant van het leven: lelijke stukjes Den Haag, mensen in schrijnende armoedige omstandigheden. En dat verkocht niet. Zeker bij zaakwaarnemer Tersteeg van de firma Goupil hoefde hij niet aan te kloppen. De man wist precies waaraan zijn internationale klanten behoefte hadden. Hij schroomde niet de beste schilders van de Haagse School te dwingen correcties op hun doeken aan te brengen. Voor dat doel had hij zelfs een apart ateliertje in zijn deftige zaak aan de Plaats ingericht. De kunstenaars hadden het maar te slikken. Verkoopbaarheid stond hoog in het vaandel bij de firma Goupil.

Werkmansfiguren
Van Gogh kwam vaak op het Binnenhof -waar de wandeling begint- om te snuffelen bij de boekenstalletjes onder de arcaden. Hij kocht reproducties van illustraties uit Engelse tijdschriften waarin kritiek werd geuit op de ellende van de armen, de werklozen, de daklozen. Hij tekende bijvoorbeeld de serie ”Heads of the People” (koppen van het volk) na.

Vaak was hij ook te vinden op de markten die rond de Grote Kerk werden gehouden om er stadsgezichten te schilderen of volkstypes te tekenen. Markante werkmansfiguren trof hij in de armere volksbuurten. Voddenrapers, aardappelsjouwers, een kolensjouwster, een vrouw aan een wastobbe en kolenladers waren dankbare modellen voor Van Gogh. Evenals de zogenaamde weesmannetjes of diaconiemannetjes die het Oudemannenhuis bevolkten.

Leden van de Haagse School zag men hier niet, Breitner uitgezonderd. Van Gogh schreef aan zijn broer Theo: „In het armste huisje, in het smerigste hoekje zie ik schilderijen of tekeningen en met onweerstaanbare drang gaat mijn geest die richting uit.” Geld om professionele modellen te betalen had hij trouwens toch niet.

De wandeling voert langs de delen van Den Haag waar Van Gogh heeft rondgezworven. Veel is verdwenen en soms valt het moeilijk een voorstelling te maken van de wereld die het vertrekpunt vormde voor het kunstenaarschap van Van Gogh. Eigenlijk is er nog maar één stukje onaangetast gebleven. En dat is het Scheveningen zoals Mesdag dat heeft vastgelegd in zijn Panorama.

Van Gogh werkte veel in het oude Scheveningen, met name in de duinen, waar hij nettenboeters, aardappelrooiers, onkruidverbranders en andere noeste werkers portretteerde. Het Panorama van Mesdag bewonderde hij bovenmate. Eens verzuchtte hij dat het enige gebrek aan het schilderij was dat het geen gebrek had.

Geïnteresseerden kunnen de wandeling ”In de voetsporen van Van Gogh” downloaden van de website www.gemeentemuseum.nl. Voor informatie en boekingen met gids: 070-3381120. Tot en met 16 mei is in het Gemeentemuseum Den Haag de tentoonstelling ”De Haagse School en de jonge Van Gogh” te zien.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer