Omgekeerde vlag ging ondersteboven voor 4 en 5 mei
Je ziet ze hier en daar nog, de omgekeerde vlaggen van het boerenprotest. Vaak verbleekt en gescheurd. De meeste zijn weggehaald.
Het vlagsignaal had historische wortels, zegt Constant van den Heuvel, geschiedenisdocent aan het Ichthus College in Veenendaal. „In ons zeevaartverleden gold zo’n honderd jaar geleden de omgekeerde vlag als een noodsignaal. Het tijdschrift Vlag! geeft ook het voorbeeld van ontslagen matrozen in 1795, die dreigden hun inkomsten kwijt te raken.”
En nu dus bij de boeren, en bij de burgers die hen steunden. Nederland vlagde massaal, maar wel ondersteboven. Aan huizen, in weilanden, aan lantaarnpalen. Eén vlag, of een hele rij. Soms een lange lap langs een weiland; de koeien konden er nog net onderdoor gluren.
Daarvoor was de nationale driekleur eigenlijk niet bedoeld. Koning Willem- Alexander –ook afgestudeerd historicus– wilde er echter in het openbaar geen kwaad woord over zeggen toen in november vorig jaar tijdens het staatsbezoek aan Griekenland zijn mening werd gevraagd. „Vanouds was een omgekeerde vlag een signaal van een schip in nood, nu is het dat van boeren in nood”, zei de vorst, die oog en oor wil hebben voor mensen in een benarde positie.
De Gelderse commissaris van de Koning, Berends, vond het wel een keer genoeg. Hij zei in zijn nieuwjaarstoespraak op 10 januari dit jaar dat de Nederlandse vlag niet langer voor protest zou moeten worden gebruikt. Daarvoor kon beter de boerenvlag aan de stok worden gehangen. Die oproep vond geen gehoor. Wel werd –als dank voor de steun van de stemmers– een deel van de vlaggen omgekeerd of weggehaald nadat boerenpartij BBB in maart een monsterzege behaalde bij de Provinciale Statenverkiezingen. In mei bepaalde de rechter echter nog dat een man uit Baarn niet hoefde te voldoen aan het bevel van de provincie Utrecht de acht omgekeerde vlaggen in zijn weiland langs snelweg A1 weg te halen.
Enkele weken eerder vroegen nabestaanden van gesneuvelde Nederlandse militairen in een open brief de vlaggen op 4 en 5 mei weer goed te hangen. „Op dodenherdenking en Bevrijdingsdag willen we de vlag graag weer zien zoals hij hoort, uit respect voor gesneuvelden en oorlogsslachtoffers”, zei een van de opstellers. Tal van gemeenten vroegen hun inwoners aan deze oproep gehoor te geven en haalden zelf vlaggen op openbare plekken weg. Ook boerenorganisatie Agractie en BBB-leider Van der Plas riepen hun achterban op de vlaggen voor 4 mei goed te hangen of weg te halen. Het Nationaal Comité Veteranendag noemde het omkeren van de vlag „een belediging van allen die –soms het hoogste– offer brachten voor ons land”.
Razzia
De omgekeerde vlaggen die er nog zijn, zijn een schamel restant van het protest. Een omgekeerde vlag kan een noodkreet zijn van mensen bij wie het water aan de lippen staat, zegt geschiedenisdocent Van den Heuvel. „Zo’n signaal moet serieus genomen worden. Maar dat geldt ook voor de waarde van de vlag. Dat begrepen de boeren rond Putten heel goed. Kort voor de herdenking van de razzia van 1 en 2 oktober 1944 hingen daar de vlaggen weer recht. De nood van het heden en respect voor het verleden kunnen hand in hand gaan. Als de vlag in de toekomst echter omgedraaid blijft worden, verliest zowel het protest als het nationaal symbool zijn zeggingskracht. Die kant moeten we niet op.”