Het Ruimtelijk Voorstel is een plan dat de provincie samen met de zes gemeenten en het Waterschap Zuiderzeeland heeft opgesteld voor de regering. In het plan wordt een toekomstbeeld geschetst voor 2050. Onder meer natuur, landbouw, woningbouw, onderwijs en de energietransitie worden erin genoemd.

Fractievoorzitter van de PvdA Abassin Nessar ziet liever dat er nu al „politieke keuzes” worden gemaakt. Nessar zei dat zijn partij tevreden was met het plan, maar „wij zien niet voldoende heldere maatregelen”. Zo zou er volgens Nessar meer moeten worden gedaan om de waterkwaliteit te verbeteren en zo te voldoen aan de Kaderrichtlijn Water (KRW) die Nederland in 2027 moet halen van de Europese Unie.

Gedeputeerde Jan de Reus zei in een reactie op Nessar dat de meeste keuzes de komende jaren worden gemaakt. „Dat gebeurt in dossiers die volgend jaar besproken gaan worden in de Staten.”

René Woensdregt van FVD zei dat hij het jammer vond dat er weinig concrete plannen in het voorstel staan om grote problemen op te lossen. Ook had hij graag gezien dat er iets over kernenergie in had gestaan.

BBB-Statenlid Paul van Elderen maakte een onzekere indruk en hij diende ook een verkeerde motie in over voorzichtig zijn met het herbestemmen van landbouwgrond. Na 2 minuten spreken en ongeveer 20 minuten aan interrupties besloot commissaris van de Koning Arjen Gerritsen dat Van Elderen zijn verhaal opnieuw mocht doen na de eetpauze. Ook toen kwam hij niet goed uit zijn woorden en waren andere Statenleden enorm ontevreden over de vage antwoorden die Van Elderen gaf. Hij diende de motie opnieuw in, maar trok hem later terug nadat De Reus had gezegd altijd voorzichtig te zijn en trekkers toe te voegen aan de kaartjes in het Ruimtelijk Voorstel.