Geen vervolging van recherche Enschede
Twee rechercheurs van het Tolteam, het politieteam dat de vuurwerkramp op 13 mei 2000 in Enschede onderzocht, worden niet strafrechtelijk vervolgd wegens meineed. Dat heeft het gerechtshof in Arnhem dinsdag bepaald.
G. Meijers, advocaat van SE Fireworks-directeur W. Pater, spande in 2003 een procedure aan omdat hij wilde dat het openbaar ministerie tot vervolging zou overgaan. Tijdens het hoger beroep van de strafzaak tegen Pater en vuurwerkdirecteur R. Bakker in het voorjaar van 2003 pleegden de rechercheurs J. Paalman en C. de Roy van Zuydewijn volgens Meijers meineed. De twee verklaarden toen dat de politie met een tunnelvisie had gerechercheerd door zich te veel te richten op de later vrijgesproken André de V. en dat een van de andere rechercheurs slordig zou zijn omgesprongen met bewijsmateriaal.
De aanklager deed hun verklaringen toentertijd af als absurde verzinsels. Meijers vond dat het OM het tweetal daarom moest vervolgen voor meineed, maar dat gebeurde niet. Volgens het hof zijn de rechercheurs ervan overtuigd dat zij altijd de waarheid spreken hebben gesproken. Mochten hun verklaringen toch bewijsbaar onjuist zijn, dan betekent dat niet dat de twee „(opzettelijk) onwaar of vals hebben gesproken.” Het hof is van oordeel dat, gezien de onderzoeken die zijn uitgevoerd en de verstreken tijd, niet meer is te verwachten dat nader onderzoek informatie oplevert die meer duidelijkheid zal brengen.
Meijers is tevreden met de uitspraak. Hij wilde met name boven tafel krijgen wat er is misgegaan bij het hanteren van bewijsmateriaal. Volgens de raadsman is dat door de verhoren bij het hof en de overlegde bevindingen van het rijksrechercherapport wel duidelijk geworden.