Biograaf Van Nimwegen stelt negatief beeld van Willem V bij
Willem V (1748-1806) staat bekend als een zwakke, chaotische, onvolwassen en besluiteloze stadhouder die geheel afhankelijk was van zijn voogd en raadsman, de hertog van Brunswijk. Zijn biograaf Olaf van Nimwegen corrigeert dit beeld van de laatste stadhouder van Nederland.
Willem V werd 1766 tot het ambt van stadhouder geroepen. Bij de vorming van de Bataafse Republiek in 1795 werd hij echter van al zijn functies ontheven en vluchtte hij naar Engeland. Zijn zoon Willem Frederik zou in 1815 als Willem I de eerste koning van Nederland worden.
In de geschiedschrijving over Willem V domineert tot op de dag van vandaag het door de patriotten ontworpen beeld van een zwakke, chaotische, onvolwassen en besluiteloze stadhouder die geheel afhankelijk was van zijn voogd en raadsman, de hertog van Brunswijk. De stadhouder en het stadhouderlijk bestel waren er in de ogen van de democratisch gezinde patriotten de voornaamste oorzaak van dat het politieke en maatschappelijke bestel was vermolmd; ze vormden een grote hindernis voor een andere en betere samenleving.
Emoties en angsten
Met zijn biografie ”Willem V. De laatste stadhouder van Nederland 1748-1806” wil militair historicus Van Nimwegen een evenwichtiger en eerlijker beeld van de door zijn tijdgenoten en latere generaties veelvuldig verguisde stadhouder geven. Van Nimwegen schreef eerder onder meer ”De Nederlandse Burgeroorlog 1748-1815” (2017), dat samen met deze studie een tweeluik vormt.
Naast de officiële bronnen heeft Van Nimwegen voor zijn biografie gebruik kunnen maken van persoonlijke aantekeningen en brieven van Willem V. De stadhouder die volgens de historicus zijn gevoelens, indrukken, emoties en angsten niet verborg, maar ze opschreef, ze uitte tegen zijn lijfarts en in talloze gesprekken anderen er deelgenoot van maakte. Veel van deze gesprekken zijn weergegeven in de zes delen tellende ”Gedenkschriften” van baron Gijsbert Jan van Hardenbroek (1719-1788), die vanaf 1767 tot zijn overlijden vrijwel dagelijks contact met de stadhouder had.
Voogd
In 1766 werd 18-jarige Willem V met groot vertoon en vele feestelijkheden door de Staten-Generaal, het hoogste gezag in de Republiek, als erfstadhouder geïnstalleerd. Tevens werd hij benoemd tot opperbevelhebber van leger en vloot. Zijn vader, stadhouder Willem IV, was in 1751 overleden en na de dood van zijn moeder in 1759 was de hertog van Brunswijk als zijn voogd aangesteld. Omdat werd gevreesd dat de nieuwe stadhouder, die mentaal kwetsbaar was, niet tegen zijn taken zou zijn opgewassen, werd Van Brunswijk zijn raadsman en persoonlijk adviseur.
De positie van de hertog van Brunswijk als raadsman van Willem V, neergelegd in de befaamd en berucht geworden Acte van Consulentschap (1759), is onderwerp van veel kritiek geweest. Zijn invloed op de stadhouder, van wiens zijde hij nauwelijks week, zou te groot zijn. Maar de prins zelf heeft het altijd opgenomen voor de hertog, die hij zeer hoogachtte, als een tweede vader liefhad en die hij zijn leven lang zijn dankbaarheid zou betonen.
In de geschiedschrijving is er tot op de dag van vandaag in het algemeen weinig waardering voor de prins. Daartegenover staat een positief beeld van diens echtgenote, prinses Wilhelmina van Pruisen, die doorgaans wordt geschetst als een krachtige en besluitvaardige vrouw. Haar beroemd geworden reis naar Den Haag in 1787 om de Staten van Holland te bewegen haar intussen verdreven echtgenoot naar Den Haag terug te laten keren en haar aanhouding bij Goejanverwellesluis door de patriotten, worden vaak als illustratie hiervan aangehaald en maken deel uit van ons collectieve geheugen.
Pamflet
Dit eenzijdige beeld van Willem V wordt door Van Nimwegen, die nauwgezette bronnenstudie combineert met inlevingsvermogen in karakter en persoon van de prins, overtuigend gecorrigeerd.
De eerste jaren van Willems V stadhouderschap waren relatief goede en vredige jaren, maar vanaf 1780 was er toenemende strijd tussen prinsgezinden en patriotten. Een markeringspunt hierin was het in felle bewoordingen geschreven pamflet ”Aan het volk van Nederland” (1781) van de hand van de Overijsselse landedelman Joan Derk van der Capellen tot den Pol. De voor zijn tijdgenoten anoniem gebleven auteur beschuldigde de prins, op zich al erg genoeg, van landverraad en vestiging van een dictatuur; maar nog veel erger, zo schrijft Van Nimwegen, zullen hem de persoonlijke aanvallen hebben geraakt.
Deze waren inderdaad niet mals. De pamfletschrijver schrok er niet voor terug om Willem V af te schilderen als geveinsd, listig, heerszuchtig, drankzuchtig, wreed en schijnheilig; bovendien zou hij het met de huwelijkstrouw niet zo nauw nemen. En dit nu, zo richtte Van der Capellen tot den Pol zich tot zijn landgenoten, is de man die in zo nauw verbond met zijn God staat. Boosaardigheid is van alle tijden, zo blijkt maar weer eens.
Het is geen wonder dat dit smaadschrift Willem V, bij uitstek een gevoelsmens, diep raakte. Na de tijd van de patriottische verwikkelingen (1780-1787) volgde in 1787 herstel van het stadhouderlijke bewind, maar in 1795 viel het doek definitief. De prins en zijn medestanders kregen, zo stelt Van Nimwegen, de rekening gepresenteerd voor het uitblijven van het streven naar verzoening met de onderdrukte patriottenbeweging.
Eerlijk en evenwichtig
De grote verdienste van deze biografie is dat Van Nimwegen een eerlijk en evenwichtig beeld van stadhouder Willem V als mens schetst. Het door zijn tegenstanders geschilderde en zo lang overheersend gebleven beeld doet hem geen recht, miskent zijn aangeboren hartelijkheid en toegankelijkheid en zijn talent om met mensen uit alle lagen van de bevolking ongekunsteld om te gaan; niet voor niets was hij tijdens zijn leven de lieveling van het volk. Een van zijn goede, zelfs zeer goede eigenschappen, zo concludeert de auteur, was bovendien zijn moreel kompas dat hem in gewetensnood bracht wanneer hij iets moest doen dat hij voor zichzelf niet kon verantwoorden. In dit opzicht is hij ook voor onze tijd een voorbeeld. Deze biografie verdient waardering omdat hierin, naar de befaamde woorden van historicus A. Th. van Deursen, recht wordt gedaan aan dode mensen.
Boekgegevens
Willem V. De laatste stadhouder van Nederland 1748-1806, Olaf van Nimwegen; uitg. Prometheus; 548 blz.; € 45,-