Gevluchte autobaas Ghosn moet van rechter huis uit in Libanon
Een Libanese rechter heeft besloten voormalig Nissan- en Renault-topman Carlos Ghosn uit zijn huis te zetten. De gevallen automagnaat, die enkele jaren terug wereldnieuws werd door zijn ontsnapping uit Japan, zou zich schuldig hebben gemaakt aan inbraak, meldt het Franse persbureau AFP dat de gerechtelijke uitspraak van eerder deze maand heeft ingezien. Ghosn en zijn vrouw moeten het pand binnen een maand ontruimen.
Het huis met roze muren in de chique wijk Achrafieh in de Libanese hoofdstad is zo’n 19 miljoen dollar waard en is volgens de rechter niet van Ghosn zelf, maar staat op naam van het Libanese Phoinos Investment dat is gelieerd aan zijn oude werkgever Nissan. Phoinos beschuldigde Ghosn al in 2019 van „het betreden van privé-eigendommen en het wonen in het huis zonder wettelijke basis”.
Ghosn woont in Beiroet sinds zijn ontsnapping uit Japan eind 2019. Daar zat hij vast op verdenking van fraude. Ghosn wordt onder meer beticht van misbruik van bedrijfsgeld voor privédoeleinden en is inmiddels al jaren een internationale voortvluchtige. Volgens AFP wil Ghosn zich niet zomaar het huis uit laten zetten en heeft hij inmiddels beroep aangetekend. Hij verwijst naar een document waaruit zou blijken dat hij wel het recht heeft om er te wonen.
Ghosn stond jarenlang aan het roer van Renault, maar was tegelijkertijd topman bij Nissan en Mitsubishi. Na zijn arrestatie in Japan in 2018 moest hij aftreden bij de autofabrikanten waar hij de leiding had. In december 2019 slaagde hij erin te vluchten uit Japan, waar hij op borgtocht was vrijgelaten en huisarrest had. Hij omzeilde de bewaking bij zijn huis en vloog met een privévliegtuig naar Istanbul, waarbij hij zich zou hebben verstopt in een kist voor geluidsapparatuur. Van Turkije vloog hij naar Libanon, dat geen uitleveringsverdrag met Japan heeft.
Ghosn, die zowel de Franse, Braziliaanse als Libanese nationaliteit bezit, heeft de aanklachten tegen hem altijd ontkend. Volgens de voortvluchtige bestuurder komen de beschuldigingen allemaal uit de koker van leidinggevenden van Nissan die het niet eens waren met zijn pogingen om Nissan nauwer te integreren met de Franse samenwerkingspartner Renault.