Sinds 1987 hadden politieke partijen in dunbevolkte districten veel minder stemmen nodig voor een van de 51 landelijke zetels dan in dichter bewoonde districten. Districten met relatief weinig inwoners waren oververtegenwoordigd in het parlement. Zo verwierf de Algemene Bevrijdings- en Ontwikkelingspartij van Ronnie Brunswijk in 2020 acht zetels met nauwelijks 25.000 stemmen, terwijl de Nationale Partij Suriname van Gregory Rusland met ruim 32.000 stemmen slechts drie zetels behaalde.

Op verzoek van advocaat Serena Essed toetste het Constitutioneel Hof het kiesstelsel aan de Surinaamse grondwet en aan internationale verdragen. In augustus 2022 constateerde dit hof na uitgebreid onderzoek dat delen van het stelsel hiermee strijdig waren.

De verdeelsleutel van zetels over de tien districten klopte niet meer omdat het aantal inwoners sterk was veranderd. Ook moest er een einde komen aan de positieve discriminatie van afgelegen en onderontwikkelde districten. Het was tijd voor „one man, one vote” oordeelde het Constitutioneel Hof.

Studiegroepen, politici en commissies gingen aan het werk en presenteerden diverse modellen. De tijdsdruk was hoog omdat de voorbereidingen voor de verkiezingen van 2025 moeten beginnen. Om die reden deden politieke partijen water bij de wijn en bereikten zij consensus. Volksvertegenwoordigers spraken donderdagavond in het parlement van een „historisch moment” wegens de eensgezindheid en het tempo waarmee de politieke partijen aan de wetswijzigingen hebben gewerkt.