Jerevan en Bakoe beschuldigen elkaar van beschietingen aan grens
Armenië en Azerbeidzjan zeggen beide dat troepen van de ander het vuur hebben geopend in de grensregio. De ministeries van Defensie van beide landen melden beschietingen, die de spanningen tussen de buurlanden verder kunnen doen oplopen. Er zijn nog geen slachtoffers bekend.
Armenië en Azerbeidzjan liggen al decennia met elkaar overhoop, met name over de enclave Nagorno-Karabach, formeel onderdeel van Azerbeidzjan maar tot voor kort voornamelijk bewoond door etnische Armeniërs. Azerbeidzjan viel het betwiste gebied twee weken geleden aan, met een enorme vluchtelingenstroom tot gevolg. Het Armeense bestuur van de regio heeft de troepen opgedragen te ontwapenen en heeft de zelfverklaarde republiek per 1 januari opgeheven.
De leiders van de landen zouden elkaar eigenlijk donderdag ontmoeten in het Spaanse Granada, maar de Azerbeidzjaanse president Ilham Aliyev zag daar op het laatste moment van af vanwege een „anti-Azerbeidzjaanse sfeer”. De Armeense premier Nikol Pashinyan kwam wel naar Granada, waar hij onder meer met de Franse president Emmanuel Macron en de Duitse bondskanselier Olaf Scholz sprak. Hij had ook een ontmoeting met de Oekraïense president Volodymyr Zelensky, die woensdag ook al had gebeld met Aliyev. Volgens de Oekraïense buitenlandminister Dmytro Koeleba is een stabiele situatie in de Kaukasus ook heel belangrijk voor Oekraïne en wil Kyiv bereiken dat Rusland daar zo min mogelijk invloed heeft.