De zaak draait vooral om de import van miljoenen kilo’s aan asfaltgranulaat. ATM, dat is gespecialiseerd in het verwerken van gevaarlijke stoffen, wil dat spul samenvoegen met vervuilde grond en bleekaarde en vervolgens thermisch reinigen. Aan het einde blijft dan zand, grond en puin over dat weer nuttig kan worden gebruikt, bijvoorbeeld als onderlaag voor nieuwe wegen, of als grondstof in betonmengsels.

De staatssecretaris betwijfelde echter of het bedrijf wel een afzetmarkt voor de grondstoffen heeft. Volgens het ministerie had ATM moeten aantonen dat de bulk binnen een jaar ergens in de praktijk zou zijn toegepast. Zo zou zeker zijn dat het niet zomaar bij ATM blijft liggen.

Op basis van de Europese regels kan deze eis echter niet worden gesteld, oordeelt de Raad van State. De uitleg die de staatssecretaris aan die regels heeft gegeven „is onjuist”, zo staat in de uitspraak. Daarmee is de zaak afgedaan en kan het bedrijf de import doorzetten.

Thermisch gereinigde grond die ATM had geleverd, bleek in het verleden toch niet echt schoon. In dijken in Bunschoten (Utrecht) en Perkpolder (Zeeland) en een plas bij Heenvliet (Zuid-Holland) werden toch nog verontreinigingen aangetroffen. Het Openbaar Ministerie deed daar onderzoek naar, maar stelde uiteindelijk geen vervolging in omdat de overheidsregels in het verleden te onduidelijk zouden zijn geweest. Ook heeft ATM het productieproces in de tussentijd aangepast.