Misstap met een sportschoen
Bij de productie van shirtjes en schoenen voor Nike en Adidas doen zich wantoestanden voor. Daarover is iedereen het wel eens. Ook Nike zelf. Lage lonen, onveilige werkplekken en seksuele intimidatie van managers. „De perfecte fabriek bestaat niet”, zegt Hans Faber van Nike Europe. Maatschappelijk verantwoord ondernemen is nog ver te zoeken in Vietnam, Thailand en Indonesië. Misstap met een sportschoen.
Nike produceert in 55 landen, 900 fabrieken en met 700.000 werknemers. Voor de productie van de artikelen maakt de multinational gebruik van lokale bedrijven. Veel fabrieken bevinden zich in lagelonenlanden: Thailand, Vietnam, Indonesië, Fillipijnen.
De uitbetaalde lonen zijn zo laag dat arbeiders thuis gedwongen zijn om schulden te maken om in het dagelijks levensonderhoud van hun gezin te voorzien, zegt Tim Conner van de Community Aid Abroad en de Clean Clothes Campaign. Connor heeft in juli 2001 en januari 2002 35 arbeiders geïnterviewd die voor Nike werken, in vier verschillende fabrieken in Indonesië. Arbeiders worden vernederd, gedwongen onder gevaarlijke omstandigheden te werken en onder druk gezet, zo meldt Connor. De productiekrachten zijn bang zich aan te sluiten bij vakbonden uit vrees voor fysiek geweld, gevangenschap of ontslag.
In Indonesië, in de fabriek waar de grootste bulk van Nike en Adidas-producten vandaan komt, kunnen vrouwen gebruikmaken van wettelijk, onbetaald menstruatieverlof. Daarbij worden zij gedwongen om te bewijzen dat zij menstrueren door zich te ontkleden.
Maatschappelijk verantwoord ondernemen lijkt in deze sector nog ver weg. „Helaas zijn Nike en Adidas nog steeds niet sportief genoeg om de arbeiders die hun producten maken een loon uit te betalen waar zij ook van kunnen leven”, aldus Esther de Haan van de Clean Clothes Campaign. Het steekt haar te meer, aangezien beide sportmerken zich opmaken voor sportieve prestaties op de komende WK. „Oranje zal daar niet schitteren, Nike en Adidas wel.”
Nike herkent de misstanden op de werkvloer. „Er vinden incidenten plaats. De werksituatie is niet 100 procent perfect. Het rapport van Connor vertoont overeenkomsten met onze eigen onderzoeken”, zegt Hans Faber van Nike Europe. „Ik ben niet verbaasd over de resultaten van Clean Clothes Campaign. Die komen niet uit de lucht vallen.”
Nike heeft de Global Alliance for Workers and Communities opdracht gegeven om „onafhankelijk” -door Nike betaald- onderzoek te doen naar de omstandigheden op de werkvloer in fabrieken met productie voor Nike. „Ook daarin worden harde noten gekraakt.” Het rapport liegt er inderdaad niet om. „De informatie uit Indonesië is verontrustend.”
De Global Alliance heeft vorig jaar in negen fabrieken in Indonesië 4000 van de 54.000 arbeiders ondervraagd. „Zo’n 30 procent van de arbeiders verklaarde dat er regelmatig verbaal geweld tegen hen plaatsvindt, 2,5 procent zegt seksuele intimiteiten te hebben ondergaan, terwijl 3 procent fysiek geweld door hun chefs ondergaat.” Seksuele gunsten leveren de betere baantjes op.
Nike voert momenteel een plan van aanpak in om de situatie op de werkvloer te verbeteren. „Geen enkele werknemer mag aan de omstandigheden worden blootgesteld zoals die in deze studie worden gerapporteerd”, aldus Dusty Kidd, Nike’s vice-president voor Corporate Responsibility. Faber: „De werkomstandigheden zijn niet perfect. Maar wij doen er iets aan. Ik ken geen enkel ander bedrijf dat op zo’n grote schaal onderzoek doet en ongeschoond naar buiten brengt.”
Maatregelen moeten de werksfeer belangrijk verbeteren, onder andere door een klachtenprocedure, onafhankelijke controle op naleving van regels, trainingen voor arbeiders en managers tegen pesterijen en opzetten van een wereldwijde medische SOS-dienst.
Faber benadrukt dat Nike „ver voor de troepen uitloopt.” Hij wijst naar de productie van merkloze kleding. „Als je de fabrieken voor merkloze kleding vergelijkt met de productie voor Nike, zie je een wereld van verschil.” Sinds 1992 beschikt de leverancier over een eigen, inmiddels verschillende keren aangepaste gedragscode. „Er is veel mis, maar er gebeurt ook veel.”
De actievoerders van de Clean Clothes Campain zijn er niet gerust op. „Om ervoor te zorgen dat de verbeteringen niet alleen terug zijn te vinden in de pr van de bedrijven, maar ook op de werkvloer, moeten zij een onafhankelijk en transparant monitoring systeem invoeren.”
Dit is het vierde artikel in een serie over maatschappelijk verantwoord ondernemen. Donderdag de laatste aflevering.