De beurzen in New York sloten verdeeld na het rentebesluit van de Federal Reserve. Die verhoogde de Amerikaanse rente zoals verwacht met 0,25 procentpunt en hield de deur open voor verdere verhogingen. Maar ook een nieuwe rentepauze behoort nadrukkelijk tot de mogelijkheden, liet Fed-president Jerome Powell weten. De centrale bankiers zullen van keer tot keer kijken wat ze moeten doen op basis van macro-economische gegevens. Alleen een renteverlaging dit jaar sloot Powell uit.

Behalve van Alphabet verwerkten beleggers ook de resultaten van techconcern Microsoft, het bedrijf achter onder meer Windows en Xbox. Dat zag de omzet en winst afgelopen kwartaal stijgen. De omzetverwachting voor het huidige kwartaal viel echter tegen. Ook ziet het bedrijf de kosten oplopen door de grote investeringen in kunstmatige intelligentie (AI).

De Dow-Jonesindex sloot 0,2 hoger op 35.520,12 punten. De hoofdindex sloot daarmee voor de dertiende dag op rij hoger. De brede S&P 500 daalde een fractie tot 4566,75 punten en techgraadmeter Nasdaq leverde 0,1 procent in tot 14.127,28 punten.

Coca-Cola steeg 1,3 procent. De hogere prijzen die de frisdrankfabrikant vraagt voor zijn producten lijken klanten niet af te schrikken. Het concern verhoogde zijn verwachtingen voor de winst en omzet voor het hele jaar.

Ook de resultaten van telecomconcern AT&T (plus 0,6 procent) en vliegtuigbouwer Boeing (plus 8,7 procent) vielen in de smaak bij beleggers. Wells Fargo steeg 2,1 procent. De bank gaat voor maximaal 30 miljard dollar aan eigen aandelen inkopen om aandeelhouders te belonen.

Amazon zakte 0,8 procent na mediaberichten dat de Amerikaanse toezichthouder FTC een mededingingszaak tegen het webwinkelconcern wil starten.

Snap kelderde ruim 14 procent na publicatie van de resultaten. Het moederbedrijf van de app Snapchat, waarmee foto’s en filmpjes kunnen worden gedeeld, gaf daarbij een teleurstellende verwachting af voor het huidige kwartaal.

De euro was 1,1091dollar waard, tegen 1,1075 dollar bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,9 procent minder op 78,93 dollar. Brentolie werd 0,8 procent goedkoper op 82,94 dollar per vat.